Toyota stelt dat grote automerken klanten misleiden met ‘nephybrides’: ‘Fabrikanten hebben de verantwoordelijkheid om dat duidelijk te maken’

Volgens Toyota misbruiken sommige fabrikanten de term ‘hybride’ om auto’s groener te laten lijken dan ze zijn. Daarmee wordt de consument misleid en verliest het label zijn waarde, stelt het merk dat zelf al bijna een kwart eeuw hybride-auto’s bouwt.

Hybride is niet altijd écht hybride

Toyota, de pionier van de hybride-auto, heeft fel uitgehaald naar concurrenten die hun modellen als hybride verkopen terwijl het in werkelijkheid om mild-hybrids (MHEV’s) gaat. De kritiek komt van Sean Hanley, hoofd sales en marketing van Toyota Australië, die in gesprek met Drive geen blad voor de mond nam. Volgens hem is een 48-voltsysteem simpelweg geen hybride-aandrijving, en hebben fabrikanten de verantwoordelijkheid om dat ook zo te communiceren zodat klanten precies weten wat ze kopen.

De discussie draait om het verschil tussen volwaardige hybride-elektrische voertuigen (HEV’s), zoals de iconische Toyota Prius, en de mild-hybrids die de laatste jaren razendsnel terrein winnen. Waar een HEV daadwerkelijk korte stukken volledig elektrisch kan rijden en daarmee serieuze brandstofbesparing oplevert, biedt een MHEV hooguit een klein steuntje in de rug via een 48V-systeem. Hanley benadrukt dat dit systeem nauwelijks invloed heeft op verbruik of prestaties en vooral een goedkope manier is om modellen fiscaal aantrekkelijker te maken.

Marketingtruc met ECO-label

In sommige landen wordt het onderscheid voor consumenten nog lastiger gemaakt. In Spanje bijvoorbeeld geeft de verkeersdienst DGT (Dirección General de Tráfico) zowel mild-hybrids als volwaardige hybrides dezelfde ECO-sticker, die recht geeft op belastingvoordelen en vrijstellingen in lage-emissiezones. Autofabrikanten hoeven daardoor nauwelijks uit te leggen of een auto volledig hybride of slechts mild-hybride is. Het gevolg is dat bestuurders vaak denken een ‘echte’ hybride te kopen, terwijl de elektrische ondersteuning in de praktijk verwaarloosbaar is.

In Nederland speelt dit probleem niet, omdat er geen vergelijkbaar label- of stickersysteem bestaat. Hier worden auto’s fiscaal en milieutechnisch beoordeeld op hun daadwerkelijke CO₂-uitstoot, waardoor mild-hybrids geen aparte voordelen genieten. Daarmee is de kans op verwarring voor Nederlandse consumenten kleiner, al laat de situatie in landen als Spanje zien hoe flexibel – en soms misleidend – de term ‘hybride’ internationaal wordt toegepast.

Toyota’s eigen mild-hybrids

Opvallend genoeg heeft Toyota zelf óók mild-hybrids in de line-up, zoals de Hilux en de Land Cruiser met 48V-systeem. Hanley zegt dat het merk daar heel bewust transparant over is: het noemt deze modellen niet hybride en promoot ze ook niet als zodanig. In Australië worden ze onder de naam V-Active verkocht om verwarring te voorkomen. Daarmee wil Toyota het verschil tussen 48V-ondersteuning en volwaardige hybride-aandrijving scherp houden.

Overigens is de term ‘hybride’ niet wettelijk beschermd, waardoor fabrikanten de benaming relatief vrij mogen gebruiken zolang ze consumenten niet aantoonbaar misleiden. Juist daarom, zegt Hanley, vindt Toyota dat de industrie een morele verantwoordelijkheid heeft om helder te zijn over wat klanten precies kopen.

24 jaar ervaring als autoriteit

Toyota vindt zichzelf de aangewezen partij om het onderwerp aan te kaarten. Het merk bouwt al 24 jaar hybride-modellen en verkocht wereldwijd miljoenen exemplaren. Hanley zegt dat Toyota met open vizier spreekt: het merk wil volledig transparant zijn tegenover zijn klanten, ongeacht wat andere fabrikanten doen. Critici merken daarbij op dat Toyota zelf belang heeft bij het scherp houden van de definitie van een ‘echte’ hybride, omdat het merk zijn reputatie als pionier in deze technologie wil bewaken.

De kern van de kritiek

De boodschap van Toyota is duidelijk: een auto mag pas een hybride heten als de elektrische aandrijving wezenlijk bijdraagt aan verbruik, prestaties én rijervaring. Alles daaronder, hoe handig of efficiënt ook, is volgens het merk geen echte hybride maar hooguit een hulpmotor.

De discussie past bovendien in een bredere trend waarin autofabrikanten termen als ‘electrified’ of ‘self-charging’ gebruiken – woorden die volgens critici de grens tussen zuinig en écht elektrisch steeds verder doen vervagen. Of andere merken zich aangesproken voelen, is de vraag. Zeker is wel dat Toyota de discussie nu publiekelijk heeft geopend, en dat kan grote gevolgen hebben voor hoe fabrikanten hun modellen in de markt zetten.