Deze piepkleine knop op een Bugatti Veyron kost €13.000

Een schakelaar van een paar centimeter, een rekening van duizenden euro’s. Het klinkt als een internetmythe, maar het overkwam echt een Britse eigenaar van een Bugatti Veyron.

Deze piepkleine knop op een Bugatti Veyron kost €13.000

Een simpele spiegelschakelaar leidde tot een offerte van meer dan €10.000, tot iemand ontdekte dat het onderdeel ook in een Volkswagen-busje zit. De anekdote legt pijnlijk bloot hoe merkprocessen, exclusiviteit en schaarste de prijzen van hypercars laten ontsporen, zelfs als de onderdelen verrassend gewoon zijn.

Van vip-service naar doe-het-zelf

De Britse handelaar Carl Hartley meldde een defecte spiegelschakelaar bij de officiële service van Bugatti. De kostenraming? Tienduizenden euro’s, inclusief vervanging van paneel, spiegelmotor en uren aan arbeid. Een onafhankelijke specialist besloot het zelf uit te zoeken en ontdekte dat dezelfde schakelaar ook gebruikt wordt in een Volkswagen Transporter.

Binnen minuten was het probleem verholpen, voor een bedrag dat nauwelijks een pakje kauwgom overstijgt. Het verhaal, dat werd gedeeld door Pure Luxe, laat zien hoe groot het prijsverschil is tussen een officiële dealerroute en een pragmatische reparatie.

Waarom onderhoud zo buitensporig duur is

De Veyron is een technisch meesterwerk, maar dat komt met een prijskaartje. Zelfs een eenvoudige oliewissel betekent het demonteren van delen van de carrosserie en bijna dertig uur sleutelwerk. De rekening? Rond de €20.000, nog zonder de kosten van verbruiksmaterialen.

In Nederland legde Pure Luxe in een uitgebreide video uit waarom die urenstand realistisch is: bij een Veyron is zelfs ‘routinewerk’ verre van routine.

Andere ingrepen zijn al even extreem. Een set bougies vervangen lijkt bij een gewone auto een simpel klusje, maar bij een Veyron gaat het over dagen werk en een factuur van vijf cijfers. Autoblog rapporteerde ooit een bedrag van zo’n twintigduizend dollar voor precies die handeling, inclusief wachttijd op onderdelen.

De combinatie van schaarste, beperkte expertise en merkfilosofie verklaart waarom de prijs van arbeid en onderdelen zo ver uit elkaar ligt. Officiële services hanteren complete modulevervangingen en garantieprocedures, terwijl onafhankelijke garages vaak creatiever te werk gaan met losse componenten.

Wat je hier als liefhebber aan hebt

Voor de meeste autoliefhebbers blijft het een verhaal om van te smullen. Maar er schuilt ook een les in voor wie droomt van een exotische auto. Wie een supercar of hypercar wil bezitten, moet niet alleen rekenen met de prijs van brandstof of verzekering, maar ook met de onderhoudsfilosofie van het merk.

Een slimme eigenaar zoekt vooraf naar specialisten die componentreparaties aandurven, in Nederland of net over de grens. Dat kan het verschil zijn tussen een factuur die concourswaardig is en een rekening die het rijplezier betaalbaar houdt.

Zelfs op de Nederlandse markt beïnvloeden schaarste en reputatie de totale gebruikskosten. Autovisie liet recent zien hoe een Bugatti Veyron-occasion in Nederland, met een verleden als huurauto, meteen vragen oproept over slijtage, waarde en toekomstige kosten.

De prijs van perfectie

Dat ‘knopje van €13.000’ is dus geen incident, maar een symbool voor een bredere realiteit. Bij hypercars betaal je niet alleen voor het onderdeel zelf, maar voor de hele wereld eromheen, van merksystemen tot vakmanschap en imago.

Begrijp je die wereld (en weet je soms hoe je haar kunt omzeilen), dan blijft het vooral een prachtig verhaal om met een glimlach door te vertellen.

Algemeen
  • Adobe Stock