De elektrische versie van de Aston Martin Rapide was aanvankelijk gepland voor dit jaar. Het leek al een wat onwaarschijnlijke planning voor een allereerste poging tot het maken van een elektrische auto van een verlieslatende fabrikant. Maar Aston was gepartnerd met de Chinese miljardairs van LeEco, en die ontwikkelden ook al een Tesla-concurrent, de Faraday Future. Iedereen vertrouwde elkaar en ze zouden samen hun tijdschema wel halen.
In november gingen echter de eerste rode vlaggen de lucht in (niet de Chinese vlag), toen LeEco aankondigde dat het financieel in zwaar weer zat. De RapidE zou wat later komen. No biggie volgens Aston. Toch wel, inmiddels is de kogel door de kerk, de Chinezen verlaten het ontwikkelingstraject van de auto. Dat betekent echter niet dat de hele strategie bij Britten overboord gaat.
De auto komt namelijk alsnog in 2019, en wordt gebaseerd op de Rapide AMR, die in maart in Genève is onthuld. De elektrische aandrijving wordt nu echter gemaakt de Williams Advanced Engineering. Een oplossing die eigenlijk nog veel beter is, de hele auto is daardoor Made in Britain. Voor Williams is dat ook goed nieuws, zij hebben zicht tot doel gesteld van Groot-Brittanië een elektro-mekka te maken.
Er is echter wel een nadeel aan de wijziging: er komt geen ongelimiteerde productie. De combinatie Aston Martin - Williams AdvancedEngineering houdt het na 155 Rapides voor gezien. Nogal symbolisch, maar dat kan komen omdat de (eveneens symbolische) stekker toch al uit de Rapide was getrokken. De 155 elektro-Astons gaan £200.000 (€226.627) per stuk kosten.
De kennis die Williams en Aston opdoen bij de productie van de auto's kunnen ze vervolgens inzetten bij het elektrificeren van de DBX. Die eerste SUV van Aston Martin wordt ook in 2019 verwacht, maar die auto zal eerst met een ouderwetse benzineverbrander worden geleverd.