Wat wel verrassend blijft aan de cijfers van de McLaren Senna is het feit dat de magnifieke prestatie behaald zijn zonder kunstmatige hulpmiddelen. Goed er zitten twee turbo's op de V8, maar er is geen elektrische mumbo jumbo te vinden in de aandrijving.
Echt heel mooi is de auto niet geworden, laten we zeggen dat het een acquired taste is. Het design is echter volledig in het teken van de neerwaartse druk gezet en dat levert blijkbaar een soort van Mexicaans dodenmasker als front op. Alles goed en wel, het werkt: bij 250 kilometer per uur levert de carrosserie een downforce van 800 kilogram.
De acceleratie van nul naar honderd kilometer per uur gaat in 2,8 seconden. Eigenlijk boeit McLaren dat helemaal niets, want ze beginnen met de nul naar tweehonderd in hun opsomming: dat doet hij in 6,8 seconden. De versnelling is bij 340 kilometer per uur pas voorbij. Die rappe cijfers haalt de Senna uit zijn V8 met dubbele turbo die 800 pk en 800 Nm produceert die via een zevenbak met dubbele koppeling op de achteras wordt losgelaten.
Met 1.198 kilogram zonder vloeistoffen in de wagen is het ook de lichtste McLaren wegauto sinds de F1. Het bouwen duurt 300 uur per auto, wat betekent dat ze in Woking tenminste 150.000 uur werk hebben de komende tijd: alle 500 geplande wagens zijn namelijk al verkocht. En met de huidige prijzen van de McLaren F1 is dat geen verrassing.