Jumbo Supermarkten kondigde gisteren trots hun nieuwste reclame aan: Max bezorgt de boodschappen van het standaard Jumbogezinnetje van Frank Lammers en Maike Meijer. Vervolgens rijdt hij weer weg met zijn Red Bull Racing F1-wagen. Pointe: Jumbo bezorgt op steeds meer plaatsen supersnel.
Leuk en natuurlijk het gesprek van de dag totdat vanmorgen online supermarkt Picnic met een parodie kwam. Daarin rijdt een nogal mager menneke dat inderdaad in de verte wat weg heeft van Max Verstappen in een Red Bull overall en met een Red Bull petje op de Picnic elektrobezorgkar. Want, ook Picnic bezorgt op steeds meer plaatsen supersnel. Lach alom en iedereen wint. Toch niet.
Het zit er dik in dat Picnic deze reclame al verwachtte en dat ze de parodie al klaar hadden liggen voor de dag die je wist dat ging komen. Het bedrijf is namelijk van meesterlijk marketeer Michiel Muller. Hoewel die naam je misschien niet meteen wat zegt heb je als petrolhead vast wel eens te maken gehad met de bedrijven die hij voor Picnic oprichtte: de goedkope tankstations van Tango en de wegenwachtvervangers van Route Mobiel.
Die twee bedrijven werden groot zonder reclamebudget. Muller speelt in op een gegarandeerde reactie van iemand die geparodieerd wordt, of die direct wordt aangevallen door het nieuwe bedrijf. De zorgvuldig gelegde val werkt bijna altijd. Zie ook hier. Jumbo heeft al eens met dit bijltje gehakt en reageert helemaal niet op de parodie, want dat is wat Muller wil. Team Verstappen gaat echter volledig kamp op de parodie en reageert woedend en zegt juridische stappen te gaan nemen. Stappen die overigens volstrekt kansloos zijn, alle gebruikte middelen zijn gewoon in de winkel te koop en de naam Max Verstappen en zijn logo en ook zijn rugnummer worden niet gebruikt. Elke overeenkomst tussen de bezorger en Max berust dus in juridische termen op louter toeval.
Intussen zit Michiel Muller ergens in Nederland een doos champagne te ontkurken, want met een minimaal budget is weer eens het maximale bereikt. Met de beste wil van de wereld kunnen we de productiekosten van het filmpje niet op meer dan €2.000,- taxeren. Mediawaarde van #ophef is echter onbetaalbaar.