Max Verstappen wil een eigen kartbaan plus een museum

Als Max Verstappen het wat minder druk krijgt met iedereen op het circuit ownen, wil hij een eigen kartbaan hebben. Daar kan hij dan ook meteen zijn prijzen en zijn karts (en hopelijk F1-wagens) tentoonstellen.

De regengod van Brazilië begon niet alleen vroeg met karten, hij was ook al vroeg bezig met het ontwerpen van circuits. Niet van de saaie Tilkebanen waar nooit iets mis kan gaan, maar moeilijkere dingen in de lijn van Suzuka en Spa. De jonge Verstappen luisterde op school niet naar de leraren, maar was in zijn droomwereld bezig het ideale circuit te tekenen. Als hij zijn zin krijgt dan kunnen we daar straks allemaal van meegenieten. In een interview met de Telegraaf zegt Max dat hij ooit een eigen baan wil. Outdoor, en meteen goed genoeg om er WK- en EK-races te kunnen organiseren. Indoorbanen zijn volgens Max inferieure speeltuinen voor vrijgezellenfeestjes en kantooruitjes.

In het interview komt het belang van de kartsport voor de Limburger naar voren. Al voor hij een gemotoriseerde kart kreeg leerde hij in een trapskelter op een nat- en gladgemaakte betonvloer hoe hij op zoek moest naar grip. Waar die kennis toe kan leiden zag de hele wereld twee weken terug in Brazilië.

Bij het kartcircuit wil Verstappen - net als Fernando Alonso - een museum maken waar hij zijn karts (die nu in een schuur staan) kan uitstallen. Verder moet het museum ook zijn pakken, helmen en natuurlijk trofeeën gaan huisvesten. Voorlopig blijft hij nog druk met het winnen van de prijzen, waardoor je nog niet in de auto naar Limburg hoeft te springen in de hoop de eerste klant te zijn.