De afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State is het hoogste orgaan dat in Nederland uitspraken doet over geschillen tussen burgers en de overheid. Zij mogen bepalen wat waar is in Nederland en wat niet: de milieuzone is waar, zeggen ze vandaag. Een gemeente kan zo maar bepalen dat zo'n zone nodig is en hoeft daarbij niet aan te tonen dat hun 'verkeersbesluit' noodzakelijk is. In de woorden van de Afdeling: 'absolute noodzaak van een verkeersbesluit [hoeft] niet te worden aangetoond'.
Daarmee is dit pad van protest tegen de overheid -die heeft bepaald dat inwoners niet meer mogen sterven- ten einde gekomen. Goed nieuws voor de gemeentes Amsterdam en Rotterdam die ook aan het discrimineren geslagen zijn. Desondanks zijn er nog steeds kleine haarden van verzet tegen de milieumuren die worden opgetrokken. Zo voert Telegraafcolumnist Rob Hoogland nog steeds actie tegen de Dieselmuur van Utrecht.
Milieudefensie stuurde al een triomfantelijk persbericht waaruit de volledige symboolpolitiek van de milieuzone blijkt: "Door het weren van de meest vervuilende auto's (in totaal ongeveer 2 procent van het wagenpark) uit het centrum, knapt de luchtkwaliteit op." Twee procent van het autoverkeer mag niet meer Utrecht inrijden. Voelt u zich ook al 2% gezonder? De procedure tegen de Utrechtse TrumpDieselmuur was aangespannen door de Koninklijke Nederlandsche Automobiel Club (voorspelbaar) en de Stichting Stop Luchtverontreiniging Utrecht (hè wat?). Volgens SSLU heeft de milieuzone een negatief effect op de luchtkwaliteit in de stad, onder meer omdat het aantal knelpunten door omrijden toeneemt. Zit wat in, maar voorlopig is het omrijden geblazen bij de milieuzone.
Gelukkig is er nog wel hoop. In Boekarest heerst een tegenovergestelde mening: maak ruimte voor auto's en haal mensen van de straat.