Filmregisseur, -producent, investeerder en autoliefhebber Jim Glickenhaus heeft een belangrijke horde genomen om tot de bouw van straatwaardige racewagens te komen. Glickenhaus en zijn bouwers hebben een Low Volume Manufacturer-status gekregen van de Amerikaanse autoriteiten.
Wie denkt dat alleen Nederland en de EU vol zitten met pennenlikkers die moeizame regeltjes verzinnen, die heeft het fout. Ook the Land of the Free kan er wat van dankzij de National Highway Traffic Safety Administration (NHTSA). Als je een auto op de markt wilt brengen moeten er eerst een flink aantal van tegen een muur gecrasht worden om de veiligheid te kunnen testen. Daardoor is het lastig om als klein fabriekje te starten. Scuderia Cameron Glickenhaus zou bijvoorbeeld meer testauto's moeten maken om te offeren aan de testmuur dan ze er willen gaan bouwen om te verkopen.
Dankzij de status van kleinvolume autobouwer kunnen ze de tests overslaan. De auto's worden overigens gebouwd volgens de FIA-crashstandaarden, dus ze kunnen tegen een stootje. Met de voetgangersveiligheid zal het minder goed gesteld zijn.
Vanaf 2018 zullen de SCG003S, SCG003CS en SCG003C in productie gaan. Geïnteresseerden kunnen binnenkort met hun creditcards langs bij Jim Glickenhaus en co om een straatversie van de racebolide te bestellen. De SCG300S krijgt een 4,4 liter V8 met twinturbo die dankzij 749 pk een topsnelheid van 349 kilometer per uur weet te bereiken. In de CS uitvoering zal de auto al meer op circuits gefocust zijn, maar nog wel een toelating op de straat hebben, de C-versie zal echter alleen op circuits mogen rijden.
In 2018 verwacht Glickenhaus ongeveer vier auto's te bouwen, terwijl het jaar erna het dubbele aantal uit de hallen van SCG zal rollen. Hoewel we het over een beginnend autobouwer hebben verdient Jim Glickenhaus geen enkele Victor Muller: deze plannen gaan waarschijnlijk lukken.