Formule E krijgt alleen autofabrikanten enthousiast

Gisteren kondigde Mercedes aan dat het na ruim 30 jaar het oer-Duitse DTM-kampioenschap vaarwel zegt, omdat het zich gaat richten op de Formule E. Hiermee zijn alle Duitse premiummerken vertegenwoordigd in de elektrische raceklasse.

De lokroep van de Formule E laat zich doodeenvoudig verklaren: ten eerste kost een seizoen een schijntje ten opzichte van peperdure topsporten als de F1 en de LMP1-klasse van het WEC: we hebben bedragen van €15-20 miljoen per seizoen voorbij zien komen. Ten tweede is de toekomst van de personenauto elektrisch, dus is het een no-brainer om (liefst succesvol) vertegenwoordigd te zijn in de enige elektrische raceklasse.

Het enige probleem is dat na bijna 4 seizoenen Formule E het vooral de fabrikanten zijn die geïnteresseerd zijn, het grote publiek laat de sport links liggen. Het allereerste seizoen werd met een verlies van $70 miljoen afgesloten. 

Net zoals ze met elektrische auto;s grotendeels de kat uit de boom keken, stapten de Duitse premiummerken niet direct in de Formule E. Echter, met de aankondiging van Mercedes zijn ze er per 2019 allemaal bij: 

BMW levert in de Formule E al de safety car en medische voertuigen in de vorm van de i8 en i3, en maakte eerder deze maand bekend per 2018 ook zelf actief mee te gaan doen, in samenwerking met Andretti Motorsport.

Audi verliet na 2016 onder druk van dieselgate het WEC, met paradepaardje 24 uur van Le Mans, waar tot dan toe naar schatting 500 miljoen euro per jaar aan budget ingepompt werd. In plaats van het Endurance-racen werd gekozen de focus op de veel goedkopere Formule E te leggen, waar dit jaar samen met ABT een team wordt gerund.

Mercedes tot slot heeft nog zijn delname in de F1, waar het gewoon actief blijft. Daarnaast werd er al sinds 1984 in de DTM en haar voorlopers geracet. Dit oer-Duitse kampioenschap verloor al lang geleden deelnemende merken als Alfa Romeo en Opel, en ging de laatste jaren alleen nog maar tussen Audi, BMW en Mercedes. Wat dat betreft is het kampioenschap wel eens glansrijker en diverser geweest, maar je moet alsnog de stap maar durven zetten je uit dit Germaanse volksvermaak te verwijderen. Mercedes gaat per 2019 in de Formule E racen.

Hiernaast zijn fabrikanten als Renault (huidige klassementsleider), DS (met partner Virgin van Richard Branson, die ook reserverijder is), de Indiase merken Mahindra en Jaguar, en EV-avonturiers NEXT-EV NIO en Faraday Future actief in de Formule E. Er staat voor dit jaar nog één ronde op de kalender, in Montreal (2 races). Bij de laatste ronde in New York was klassementsleider Buémi niet aanwezig, omdat hij de 6 uur van de Nürburgring moest rijden. Dit geeft feilloos aan dat de klasse nog niet echt als serieuze topsport tot wasdom is gekomen.

De Formule E begon in 2014, de raceklasse is inmiddels aan zijn vierde seizoen bezig. Het deelnemersveld is een mix van oude veteranen uit de F1, coureurs die ook in de LMP2- en GTE-klasses rijden, hier en daar een GP2-talent en ook jonkies die het ooit in de F1 nog gaan maken, zoals Pierre Gasly.

Met de ontwikkeling van batterijen en aandrijflijnen worden de regels elk jaar een beetje aangepast: de output van de motoren stijgt volgend jaar naar 250 kW (is nu 220 kW). Ook maken de accu's een groter deel van het totale gewicht uit dan eerder. Wellicht weet de Formule E in de toekomst een groter publiek aan te spreken, vooralsnog kijken maar weinig motorsportfans naar de klasse.

Omdat we de beroerdste niet zijn geven we de Formule E graag een Fanboost (get it?); hieronder de hoogtepunten van de laatste ronde in New York (20.000 bezoekers). Kijkt u zelf even en bepaal op basis van deze 11 minuutjes aan beeld of u misschien toch vaker naar de open-wheel zoembolides wilt kijken: