Williams en Singer vonden dat ze voor het verbeteren van de motor van een Porsche terug moesten naar de bron. De consultant die ze te hulp riepen luistert naar de naam Hans Mezger en dat is inderdaad degene die de motor van de originele 911 bedacht. De Duitser stond ook aan de basis van de toepassing van turbo's in de motoren van Porsche, maar dat trucje is bij deze zespitter juist achterwege gelaten.
Het vuurwerk dat het gezelschap met de 3,6 liter boxer uithaalde is spectaculair. Ten eerste werd de cilinderinhoud vergroot naar vier liter. Williams ontwikkelde diverse extreem lichte onderdelen en bedacht een hele berg aanpassingen. Zo hebben de cilinders nu ieder vier kleppen en daarom zitten er ook dubbele nokkenassen op beide cilinderbanken. De zuigers en drijfstangen zijn van titanium, de gasklephuizen zijn van aluminium, de kelken van koolstofvezel, dat ook op andere plekken in de motor gebruikt wordt.
Dankzij de verbeterings- en verlichtingskuur begint het rood op de toerenteller pas bij 9.000, net als bij de nieuwe GT3. Ondanks het gebrek aan turbo's op de nog steeds luchtgekoelde motor heeft hij ook een met de huidige GT3 vergelijkbaar vermogen van 500 Amerikaanse pk (507 pk in onze telling).
De motor wordt ingebouwd in een door Singer onder handen genomen 911 uit 1990. De details over de rest van de auto komen in september, bij de uiteindelijke onthulling van de complete auto. Als het aan Singer ligt, is de samenwerking met Williams niet eenmalig en zullen er meer motoren van de Britse Formule 1-kennis gebruik gaan maken.