Het leek even rustig te worden rondom Taxi-app Uber. De stelende ex-Google-medewerkers waren het bedrijf uitgesmeten en ook de CEO die omringd werd door schandalen had zijn congé gekregen. Eind goed al goed, zou je zeggen. Toch komt er nu wéér een rechtszaak waarin de naam van het bedrijf genoemd wordt.
Grootaandeelhouder Benchmark Capital wil Travis Kalanick helemaal weg hebben bij het bedrijf. De mede-oprichter van Uber zit namelijk nog steeds in de raad van commissarissen van het bedrijf. Niet alleen zit hij erin, hij heeft ook het recht om twee anderen aan te wijzen. Benchmark wil nu dat Kalanick het recht verliest om die drie zetels in de RvC te controleren.
Het bijzondere aan de zaak is dat Benchmark best wel veel dirt over Kalanick heeft, en er ook helemaal geen problemen mee heeft om die naar buiten te laten komen. Normaal gesproken is het niet bepaald goed voor je investering om de voormalig topman en oprichter openlijk zwart te maken. Zeker gezien het feit dat de 13% die Benchmark in Uber (totale waardering $70 miljard) heeft, de grootste investering is die het bedrijf heeft.
Nood breekt echter wet en daarom komt er een rechtszaak. De grootste angst van de kapitaalfirma is dat Kalanick straks à la Steve Jobs weer terugkomt op de CEO-stoel van het bedrijf dat hij oprichtte, maar waar hij werd ontslagen. De geruchten gaan immers dat Travis dat van plan is.
Om te voorkomen dat het zover komt, moet Kalanick uit de RvC en moet hij stoppen met het saboteren van het vinden van een nieuwe CEO. Het document dat ervoor moet zorgen dat Benchmark zijn zin krijgt staat gewoon op internet: het is een schijnbaar door Kalanick ondertekende brief waarin hij toezegt om afstand te gaan doen van zijn drie zetels in de raad van commissarissen.
De zaak lijkt daarmee rond. Kalanick is het echter totaal niet eens met de standpunten van de grootaandeelhouder. De brief is volgens hem niet echt en hij vindt het allemaal maar gezeur in de marge. Dit kan een heerlijk moddergevecht worden, dus zet de popcorn maar vast klaar.