De XL1 is een 795 kg lichte plug-in hybride tweezitter, met een kleine elektromotor (27 pk), gevoed door een 5,5 kWh-accupakket. Ter ondersteuning heeft de auto een in het midden geplaatste 0,8 liter tweecilinder TDI (48 pk), gekoppeld aan een DSG-7. Voor zover bekend ontbreekt sjoemelsoftware (altijd een aandachtspuntje bij een tweedehands Volkswagen-diesel) in de technologiedrager. Het ingenieuze stukje techniek heeft dankzij zijn druppelvorm en vele uren in de windtunnel een Cd-waarde van 0,189, en lampunits die sterk aan de huidige Renault-designtaal doen denken. Omdat hij dicht is van achteren zijn er achteruitrijcamera's gemonteerd, wat ook weer een set windvangende buitenspiegels scheelt.
Volkswagen bedacht zelfs een geheel eigen afkortingsnaam voor de XL1: het werd een Super Efficient Vehicle (SEV). De eerste concrete aanzet ertoe verscheen in 2002, toen Piëch in een prototype naar de VW-aandeelhoudersvergadering reed. Uiteindelijk kwam de productieversie 11 jaar later, ondersteund door een definitief model op de Autosalon van Genève (2013). Een exemplaar kostte met €111.000 evenveel als een Porsche 911, vooral door alle dure toegepaste materialen: magnesium wielen, keramische remmerij, heel veel duur koolstofvezel, en een stuurinrichting, dempers en remklauwen die van aluminium zijn gemaakt. Het verbruik: 1 op 111.
Aardig feitje: tijdens tests bleek de extreem aerodynamische vorm te zorgen voor een zeer indrukwekkende topsnelheid: de 200 km/u-grens werd met gemak doorbroken. Volkswagen besloot echter de XL1 op 160 km/u te begrenzen, nog steeds een snelheid die vanuit de doelstelling van de auto vermeden moet worden, maar het kan wel.
Er had, na de eerste dure exemplaren, een generatie later een veel voordeligere opvolger moeten komen, op basis van sterk gedaalde componentenkosten. Dit zou ergens rond 2021-23 het geval moeten zijn, maar de vraag is hoe hoog de XL1 nog bovenaan Volkswagens lijstje staat, nu de focus van het concern nagenoeg volledig richting elektrisch is verschoven en de drijvende kracht Piëch inmiddels met ruzie van het toneel is verdwenen. Als we een gokje moeten wagen zien we niet zo snel een tweede generatie XL1 in de toekomst.
Volkswagen kondigde aan 250 exemplaren te maken, waarvan er 200 naar 'klanten' gingen. De XL1 is hoe dan ook zeldzamer dan - zeg - een Bugatti Chiron (500 stuks), ook geschikt voor 2 personen en nog stukken goedkoper in aanschaf, verbruik en wegenbelasting dan de W16 van de concernbroer. Eigenlijk is het voor 99.000 GBP dus de deal van de eeuw. Het aangeboden exemplaar heeft 10 mijl op de klok, wat ons vermoeden bevestigt dat er doorgaans geen meter in de XL1's wordt gereden. De advertentie vind u hier.