Het is de schrik van elke amateur-wielrenner (BMI van 30, claimt de hele weg, schijt aan alles): zit je op pure spierkracht op je Cannondale te stoempen, komen Bep en Riet lachend langszij op hun e-bikes. Ja, daar riskeer je natuurlijk geen hartinfarct op je vijftigste voor.
De Telebelg klapt er hedenochtend een mooi 'twee voor twaalf'-relaas in van de fietsbranche en de VVN. Niet langer zijn bontkraagjes op de Vespa of puisterige Kreidler-sleutelaars uit de provincie het grote gevaar. Nu zijn het de fluisterstille e-bikes, die kennelijk en masse opgevoerd worden (cilinders een beetje uitvijlen, grotere sproeier, kleine variorollen, dat werk). Een VVN-woordvoerder met gevoel voor drama omschrijft de situatie als: "een levensgevaarlijke ontwikkeling die schreeuwt om een keiharde aanpak." Nou, de toon is gezet, mensen.
We hebben er geen verstand van, maar het schijnt dat e-bikes die niet van het speed pedelec-type zijn, maximaal 24 km/u mogen draaien. Wat een beetje laag lijkt, want op spierkracht alleen kan je heel makkelijk de 30-35 km/u aantikken, maar soit. Op internet worden pakketjes aangeboden om dezelfde fietsen tot boven de 50 km/u te laten lopen, wat volgens de VVN vooral de jeugd aanspreekt. Waarbij wij ons afvragen: hoeveel jeugdigen hebben een e-bike, en welk percentage daarvan wil deze graag opvoeren? Sinds wanneer heb je op een e-bike meer street cred dan op een scooter?
Zouden het dan wellicht toch stiekem de ouderen zijn die zich misdragen, en houden hun generatiegenoten van de VVN en de Fietsersbond hen de hand boven het hoofd? Of, optie B, wordt er een probleem gecreëerd dat er helemaal niet is? Zegt u het maar. Wij kunnen het aantal keren dat we op de weg voorbij werden gestoven door een tiener op een e-bike in ieder geval op een vuurwerkstompje tellen.