Het antwoord op die vraag is simpel: niets, nakkes, nada, niente, nuffin', ganz und gar nichts. Er komt alleen een stickertje bij voor de internationale herkenbaarheid, de oude namen blijven hier parallel aan bestaan. Er is dus geen reden tot paniek of verwarring.
Er komen drie categorieën: vluchtige brandstoffen als benzine krijgen een cirkeltje, dieselolie een vierkant, en gasvormige brandstoffen als LPG, aardgas (CNG), waterstof (H2) en LNG een ruit. Daarnaast blijven de signaalkleuren bestaan: als u een zwart vulpistool in handen heeft, dan is dit diesel. Iets dat u overigens ook had kunnen merken door de extra afdekkap met hierop de koeienletters 'DIESEL', de andere (grotere) diameter van het vulpistool en de significant andere geur.
Binnen dezelfde logo's worden ook exotischere brandstoffen als E85 (85 procent bio-ethanol en een flink opgevoerd octaangetal, dus ideaal voor bijvoorbeeld Zweedse pk-kanonnen) of B10 (diesel met een hoger aandeel biobrandstof) aangeboden, hoewel deze niet heel courant zijn. U zult ze derhalve niet bij uw lokale pomp zien.
Het enige dat we ons nog afvragen is wat voor stickertje de Ultimate 102 van Aral in Duitsland krijgt: hier zit namelijk volstrekt geen bio-ethanol in (wel bio-ether). Waarschijnlijk ook gewoon E5, want het gaat bij deze aanduidingen om maximumwaarden: E5 heeft maximaal 5 procent biobrandstof, E10 maximaal 10 procent. Mocht u bij de oosterburen tanken, laat het dan even weten.