Bijtelling 2019, de voornaamste wijzigingen

Wie een auto van de zaak heeft, maar deze ook regelmatig privé gebruikt, betaalt fiscale bijtelling. In 2019 staan er op dit vlak enkele wijzigingen te wachten.

Ongeveer 10 procent van alle auto's in Nederland wordt zakelijk gereden, door het hogere verloop is het aandeel in de nieuwverkopen vele malen groter. De afgelopen jaren ging de aandacht vooral uit naar elektrische auto's, en in 2019 wordt dit alleen nog maar meer het geval. De twee (zeer) verschillende bijtellingstarieven blijven: 4% bijtelling voor wie zero emissions/elektrisch rijdt, en 22% bijtelling voor ieder ander.

Wat echter wijzigt in de 4%-categorie, is de komst vab een budgetplafond van €50.000. Bij duurdere auto's wordt over elke euro extra aan cataloguswaarde het 22%-tarief toegepast. Dit is nieuw, tot 2019 gold 4% bijtelling over de volledige waarde. Met de nieuwe regels wordt een stukje oneerlijkheid weggenomen: de topmanager die in 2018 een Model X van 150 duizend euro reed, betaalde netto minder dan de middenkader-leaser met een 3 Serie.

Er is één uitzonderingscategorie: de waterstofauto's. Hun rijders betalen 4% over de volledige cataloguswaarde. Echter, hier rijdt letterlijk een handvol van rond in Nederland, terwijl de elektrische registraties in december de 40.000 stuks passeerden.

Voor auto's met verbrandingsmotor verandert er niets: 22% blijft 22%, of u nu diesel, benzine, of PHEV rijdt. Een hele vooruitgang in vergelijking met de ondoorzichtige regels van een paar jaar geleden.