De Grote Prijs van Rusland in Sotsji leek aanvankelijk een prooi voor Ferrari te worden, dat met Sebastian Vettel en Charles Leclerc fier aan kop reed. Dat de Duitser de order om met zijn Monegaskische teamgenoot te wisselen negeerde was lange tijd het spannendste op de baan. Toen begaf de motor van Vettel het echter, wat uiteindelijke resulteerde in een gratis pitstop voor de Mercedes-rijders. Omdat Leclerc net daarvoor al gestopt was, kon hij niet profiteren van de ellende van Vettel. Gevolg de Mercedessen kwamen voor Leclerc terecht en gaven de leiding niet meer af.
Voor Max Verstappen betekende de safetycar, die door de crash van George Russell begon, dat hij eindelijk weer aansluiting met het veld kreeg. De Limburger zelf over zijn race: "We kwamen bij de start overal goed doorheen. Ik zat wat vast in bocht twee, maar verder was het oké. In het begin had iedereen in mijn buurt DRS, dus kon ik er niet echt voorbij, maar op een gegeven moment lukte dat prima."
Daarna kwam Verstappen in het niemandsland tussen de wagens van Ferrari/Mercedes en de rest van het veld in te rijden: "We waren niet snel genoeg. Het zijn helaas niet de meest competitieve weken geweest, maar dat hoort er soms bij." Op de vraag waarom hij tegen het einde van de race niet probeerde om het bonuspunt voor de snelste ronde te halen zegt hij: "We waren sowieso wat te langzaam en vooraan hadden ze relatief nieuwe banden, waardoor ze ook zelf voor de snelste ronde konden gaan. De slijtage van de banden was ook niet zo hoog, dus daar heb ik niet aan hoeven denken."
De ogen van het team zijn nu gericht op de Grand Prix van Japan over twee weken in Suzuka. Daarvoor wisselden de Honda-ploegen dit weekend al van motor, maar toch wil Max een slag om de arm houden: "Ik kijk er zeker naar uit, maar je moet geen valse hoop creëren. We komen gewoon tekort en ik verwacht niet dat dat ineens een magisch weekend gaat worden. We moeten dus nog wel aan de slag."