Uiterlijk is het moeilijk om te zien dat je voor een stekkerhybride versie van de DS7 staat. Achterop zitten natuurlijk gewoon de uitlaten van de verbrandingsmotor en het uiterlijk van de auto was sowieso al vrij futuristisch. Op de flanken staat echter op enkele plaatse E-Tense en verder zit er behalve een brandstofvulklep aan de rechterkant ook aan de linkerkant een klepje. Dat dekt het gat van het stopcontact voor het laadsnoer af. En dat laadsnoer is de reden waardoor de DS7 Crossback E-Tense tot een 1,3 liter per honderd kilometer kán komen.
Daarvoor heeft de plug-in hybride een 1,6 liter viercilinder aan boord. Dat klinkt als een petieterig motortje voor een SUV, maar er komt 200 pk uit. Daarnaast heeft de DS7 een 110 pk elektrische motor op de voorwielen én een exemplaar van 112 pk op de achterwielen. Bij elkaar goed voor 300 pk en 520 Nm aan koppel. Het resulteert in een 0-100 km/u in 5,9 seconden en een kilometersprint vanuit stand in 25,9 seconden.
De naam E-Tense is de merktitel die DS aan zijn elektrische of geëlektrificeerde modellen meegeeft. Ook in de Formule E rijdt het merk met een wagen waar die naam op staat: DS E-Tense FE 19. Dat racefestijn ging afgelopen weekend weer van start.
Terug naar de DS7. We rijden een model met de Opéra-uitvoering, wat betekent dat er alcantara in de bekleding is verwerkt en dat allerlei bijzondere materialen hun weg de auto in hebben gevonden. Het knopje waarmee het geluid harder en zachter gerold kan worden is van kristal en er zit een speciaal ontworpen B.R.M.-klokje in het het dashboard. Als we gaan zitten, blijkt de flinke auto van binnen toch wat minder ruim dan verwacht. Het mooie panoramadak 'eet' enkele centimeters van de hoofdruimte af, precies genoeg om net het gevoel te hebben dat je tegen het dak aan zit. De oplossing is de stoel erg ver naar achteren kantelen, want het stuur kan vrij ver uit het dashboard worden getrokken. Eenmaal goed gezeten starten we de motor. Maar omdat het een hybridewagen is gebeurt er natuurlijk niets. De E-Tense start altijd in de elektrische-modus en dat betekent dat hij dan een voorkeur heeft voor het gebruik van de stroom in de accu's. Het bespaart benzine, maar je ziet de batterij voor je neus leeglopen, want het volelektrische bereik is 58 kilometer. Beter is het om de hybride-stand te kiezen, dan komt ook de verbrandingsmotor meekijken.
Bij de keuze voor welke energiebron exact wordt aangeboord, maakt de auto gebruik van de instellingen van de navigatie. Wie een ritje maakt dat onder de 58 km blijft, zal hoogstwaarschijnlijk volledig op de accu's gaan rijden. De kans bestaat immers dat er aan het einde van de rit wel weer een laadpaal is. Als er een langere rit in de planning staat, zal de auto voor een andere verdeling van de energie kiezen.
Wie niet helemaal zeker is van het bestaan van een laadpaal aan het einde van de rit kan ervoor kiezen om een bepaalde afstand aan elektrische kilometers in de accu’s te laten achterblijven. Zo kunt u altijd elektrisch van de snelweg naar huis midden in de milieuzone zoeven bijvoorbeeld. Wie vanuit een heel erg grote milieuzone vertrok en al een lege accu heeft terwijl de snelweg nog niet afgelopen heeft, kan de motor ook als range extender inzetten. Dan drijft de motor niet alleen de wielen aan, maar ook een generator die de accu’s bijlaadt. Dat gaat niet heel snel, en van zuinig rijden is dan ook bepaald geen sprake meer. Het zorgt er wel voor dat de auto emissieloos de stad in kan aan het einde van de snelwegrit.
Aan het eind van onze snelwegrit komen we op een landgoedje waar een rallyparcours is uitgezet. Door de toegevoegde elektrische motoren heeft deze DS7 Crossback immers vierwielaandrijving. Voor Nederland niet heel belangrijk, maar in Frankrijk is het meer dan een gimmick. Bewoners met een stukje land kunnen de DS7 gewoon als 4x4 inzetten. Dat betekent niet dat de Land Rover de deur uit kan, maar we komen toch aardig door het natgeregende gras en de blubber heen met deze familiewagen. En dat allemaal zonder dat de 1,6 liter benzinebrommer mee hoeft te werken.
Uiteraard reden we het gedeelte buiten de weg in de stand vierkeervier en het onderstel ingesteld op zompige grond. De weg terug naar Parijs voert ons echter over de departementale weg naar de snelweg. Daar kunnen we mooi de comfort-modus uittesten. Een camera in de neus van de auto scant de weg naar oneffenheden en stelt daar het onderstel op in. Deze active scan suspension deed ongetwijfeld zijn werk tijdens de rit, maar we waren niet speciaal onder de indruk van een nog comfortabelere wegligging.