Verdient Tsunoda het zitje bij Red Bull? Zijn teamgenoten vinden van wel!

Yuki Tsunoda lijkt nooit echt een serieuze kandidaat te zijn geweest voor het zitje bij Red Bull. Ondanks dat Sergio Perez tegenvalt en Max Verstappen misschien eerder weggaat, gaat het gesprek bijna nooit over Tsunoda. Pierre Gasly en Daniel Ricciardo vinden dat absoluut niet terecht.

Yuki Tsunoda

Het is dit jaar al vaak gegaan over het tweede stoeltje bij Red Bull. Sergio Perez doet het niet goed en staat inmiddels flink achter op Max Verstappen. Perez laat zoveel punten liggen dat McLaren inmiddels akelig dicht bij Red Bull begint te komen in het kampioenschap. Daarom hield Red Bull begin deze zomer een spoedberaad om te kijken of het team nog wel door moest met Perez. De Mexicaan werd uiteindelijk toch aangehouden, maar of hij er volgend jaar ook nog zit is nog maar de vraag.

Dat nodigt natuurlijk speculatie uit over zijn vervanger. Daniel Ricciardo en Liam Lawson worden vaak genoemd en ook coureurs uit het Junior Team duiken hier en daar wel eens op. Maar opvallend genoeg valt de naam van Yuki Tsunoda niet zo vaak. En dat is onterecht, vinden zijn (oud-)teamgenoten.

Yuki Tsunoda en Pierre Gasly waren in 2021 en 2022 teamgenoten. (Bron: RB)

‘Ik ben Helmut Marko niet’

“Ik heb altijd gezegd dat Yuki heel snel is, ik heb dat zelf gezien”, vertelt Pierre Gasly aan de media bij de Grand Prix van België. “Hij heeft het de laatste jaren bewezen en gaat het de komende jaren bewijzen. Ik kan me dus heel goed voorstellen dat dit frustrerend voor hem is. Ik heb al een paar keer met hem erover gepraat. Ik weet dat hij meer wil en dat hij het idee heeft dat hij meer verdient. Ik heb in hetzelfde pakket gezeten."

“Ik heb tegen hem gezegd: 'Blijf doen wat je doet. Zolang je competitief blijft, krijg je vanzelf een keer de kans'", vervolgt Gasly. “Maar het is echt geen makkelijke positie om je in te bevinden. Ik had hem persoonlijk een kans gegeven bij Red Bull, maar ik ben Helmut Marko niet.”

Die frustratie wordt ook buiten de F1-paddock wel gemerkt. Voormalig wereldkampioen Damon Hill raadt Tsunoda zelfs aan om alvast naar een ander team te kijken. “Als ik hem was zou ik heel snel Aston Martin gaan bellen”, zegt Hill in de F1 Nation podcast. “Zij krijgen straks Honda als motorleverancier.” Tsunoda geniet al sinds zijn debuut in de Formule 1 de steun van het Japanse automerk.

Yuki Tsunoda en zijn huidige teamgenoot Daniel Ricciardo. (Bron: Red Bull Content Pool)

Meer zijn zoals Ricciardo

Opvallend is dat ook Tsunoda’s huidige teamgenoot en direct concurrent, Daniel Ricciardo, denkt dat de Japanner het goed zou doen bij Red Bull. “Ik denk dat hij nu eindelijk de erkenning krijgt die hij verdient”, vertelt Ricciardo aan Motorsport.com. “Waarschijnlijk denken veel mensen nog steeds aan zijn eerste jaar, toen hij heel veel fouten maakte en het voelde alsof hij zich niet echt aan de Formule 1 aan kon passen.”

“Hij is de afgelopen jaren ontzettend gegroeid. Hij is erg snel en hij is zich waarschijnlijk beter bewust van zijn houding. Ik denk dat hij het heel erg goed doet.”

Of Tsunoda het in zich heeft om in een topteam mee te doen, is volgens Ricciardo wel een volgend punt. “Je weet pas als iemand daadwerkelijk in dat stoeltje zit of hij het echt kan. We hebben allemaal wel de snelheid, maar pas als het echt nodig is zie je wie de juiste beslissingen kan nemen en het hoofd koel kan houden. Yuki moet daar te zijner tijd antwoord op geven. Maar voor nu zeg ik zeker geen nee. Ik denk wel dat hij het kan, maar dat deel is echt aan hem.”

Tsunoda zelf vertelde voor de zomerstop aan de verschillende media dat hij ook wat speciaal advies had gekregen van de Red Bull-top. “In de tweede helft van het jaar kreeg ik van Helmut Marko en Christian Horner te horen dat ik wat kalmer moest worden. Ik moest me meer richten op de feedback om zo een meer volledige coureur te worden. Daniel is daar heel erg goed in, al helemaal als het op de feedback en communicatie aankomt. Zodra ik een inkijkje kreeg in zijn manier van communiceren, en met die opdracht van Marko in het achterhoofd, toen klikte het allemaal wat meer.”