Familie Peugeot wil de macht over PSA Peugeot Citroen terug

Toen de hele autowereld bailouts kreeg van hun overheden, was er een kleine Franse nederzetting die totaal geen weerstand bood. Ook PSA Peugeot Citroen nam herhaaldelijk steun aan van de Franse overheid. En nu wil de familie Peugeot de macht terug.

Begin 2014 werd een deal tussen PSA, de Franse staat en het Chinese Dongfeng beklonken. PSA had toen en in de jaren daarvoor te kampen met verliezen en een teruglopende vraag, vooral uit Frankrijk, de voornaamste markt. Er moest snel geld gevonden worden. Banken wilden best een paar honderd miljoen lenen, maar alleen tegen torenhoge rentes. Het was onzeker of een aandelenemissie voldoende kapitaal zou ophalen, dus werd met reebruine ogen naar de Franse staat gekeken. Het is een vrij ingewikkeld verhaal met fondsen en verplichte investeringen, maar waar het op neerkwam, is dat de Franse staat voor €800 miljoen een belang van 14 procent kocht. Dongfeng betaalde en ontving hetzelfde.

Dat was een pijnlijke nederlaag voor de familie Peugeot. De nazaten staan aan het roer van een van de oudste industriële ondernemingen van Frankrijk. Zij en hun voorvaderen hebben werkelijk alles gemaakt: van pepermolens, fietsen en munitie, tot beha's en rallywagens. Voor 2014 controleerde de familie effectief 38 procent van het PSA-concern, terwijl ze overigens maar 24 procent van de aandelen bezaten. Na de deal zat het illustere geslacht met een verwaterde 14 procent, evenveel als de hulptroepen. En het was niet de eerste keer dat de familie door het stof moest. In 2009 ontvingen ze een miljarden-bailout.

Nu doet de familie echter van zich spreken in de persoon van Thierry Peugeot. Volgens Peugeot moet Peugeot meer Peugeot kopen. Het gaat stukken beter met PSA en de Franse overheid wil (een deel van) zijn aandeel van de hand doen. Thierry, die nooit fan was van overheidsgeld, staat al in de rij. Hoewel niet al zijn broers het daarmee eens zijn - Robert Peugeot protesteert - zou het terugkopen van het belang goed nieuws zijn. Voor zover de financiën dat toelaten, dat is.

Zoals de Franse staat voor de bailout in 2009 de eis stelde dat er niemand zou worden ontslagen en de PSA-fabrieken in Frankrijk zouden blijven, zo zitten er ook indirecte condities aan de staatsdeelneming. Frankrijk heeft nu een zegje in de besluitvorming en het is ondenkbaar dat het land ermee akkoord zou gaan dat banen naar het wrede buitenland verdwijnen. PSA is tot op zekere hoogte gebonden aan Frankrijk. Dat is draaglijk nu het goed gaat met PSA, maar er zullen onherroepelijk ook mindere tijden komen. Dan is het wel handig als je ook werknemers kunt ontslaan of naar een efficiënter buitenland kunt uitwijken. Als PSA tenminste wil overleven zonder staatssteun, dat is.

Aangezien de Fransen het zo ontzettend lekker doen en dat vast ook zonder overheidsinfuus kunnen, zeggen wij: allez, Thierry!