Bugatti weet dat het met de Chiron wederom iets speciaals in handen heeft, en kient zijn PR-strategie zorgvuldig uit. Aangezien het merk een rijke racegeschiedenis heeft is het historisch verantwoord het model in het programma rond grote race-evenementen op te laten draven. We zagen hem bij de 24 uur van de Nürburgring, en ook op Le Mans was de Chiron aanwezig, met achter het stuur (wederom) CEO Wolfgang Dürheimer.
De oude baas deed voorafgaand aan de legendarische 24-uursrace (wij waren er ook bij - video!) een parade lap, en schuwde niet de W16 op zijn donder te geven. Zijn hoogst geklokte snelheid bedroeg 380 km/u, waarmee het met afstand de snelste auto op Le Mans was. De hoogste topsnelheid tijdens de race zelf werd door Loïc Duval in een Audi R18 neergezet: 343 km/u.
Dat Bugatti op deze manier weer slim zijn PR-shine pakt zal niet tot verbazing moeten leiden. De miljoenenbolide is twee ton aan Elzasser furie, met zestien cilinders, vier turbo's, en 1.500 pk. Logisch dat het ding op een recht stuk een hogere topsnelheid klokt dan een LMP1-wagen: hij heeft namelijk van alles meer, behalve downforce. Wellicht zou je een LMP1 van tegenwoordig op het rechte stuk van Mulsanne zonder de chicane die er in 1990 in werd gelegd weer terug kunnen komen op snelheden van 400 km/u, maar het doel van een prototype is niet om zo hard mogelijk rechtdoor te gaan, de 875 kg lichte bolides pakken hun winst in de bochten. Kijk hoe onwaarschijnlijk snel ze door de Porsche-bochten op Le Mans jagen en je weet wat we bedoelen.
Bugatti's PR-machine houdt vooralsnog onder de dekens hoe hard zo'n Chiron nou echt kan. Dit is makkelijk te controleren met zo'n lage output aan modellen (500 exemplaren, waarvan er al nu 200 verkocht zijn) en zo'n beperkte klantenkring, waarvan de eersten overigens in augustus 2016 hun speeltje uitgeleverd krijgen. Pas in 2018 komt het concern voor de draad met waar het echt toe in staat is, tot die tijd zullen we nog wel meer van dit soort publieke optredens zien. En dat is helemaal niet erg.