Alonso weer snel in McLaren Indycar tijdens Fast Friday

De vierde tijd is snel, maar niet snel genoeg. Fernando Alonso liet vrijdag in Indianapolis zien dat hij nog steeds hard kan rijden. Ook motorenleverancier Honda toonde zijn kunnen: de eerste tot de vierde tijd werden met hun aandrijving gezet.

Snelste coureur op de baan tijdens Fast Friday was Sebastien Bourdais in zijn Dale Coyne Racing Honda, gevolgd door drie mannen van Andretti: Ryan Hunter-Raey, Takuma Sato en Fernando Alonso. De tijd van Hunter-Raey was overigens de snelste die geen gebruik maakte van een slipstreamlift om nog sneller te kunnen.

De trainingssessie werd verstoord door flinke regenbuien, waardoor niet iedereen op het optimale moment een tijd kon zetten. Fernando deed een simulatie van een kwalificatiestint door vier ronden harder dan 231 mijl (371 kilometer) per uur te rijden. Het was meteen zijn visitekaartje aan de andere coureurs: Alonso is geen Jean Girard.

Ook op de vijfde plek een oud-Formule 1-coureur: Juan Pablo Montoya. De Colombiaan rijdt met een Chevroletmotor achterin zijn wagen.

Zoals het hoort bij het racen op een oval klapten er ook een aantal auto's tegen de muur. Spencer Pigot schreef zijn Chevrolet af bij het uitkomen van bocht twee. De klap was hard, maar Pigot bleef ongedeerd, op wat schrammen op zijn ego na. Volgens hem was er geen reden om de baan af te glijden.

Zach Veach kreeg het voor elkaar om de muur twee keer te raken. Zowel in bocht 1 als in bocht twee tikte de coureur zijn wagen in het beton, maar ook hij kwam er zonder kleerscheuren van af.

Vanmiddag (14:00 onze tijd) is de laatste trainingssessie voordat (later vandaag) de kwalificaties (om 17:00 NL-tijd) beginnen.