De Indianapolis Motor Speedway (IMS) ontstond in de vroege 20ste eeuw, op initiatief van Carl G. Fisher, een zakenman die graag een Amerikaans alternatief had voor de racebanen die in Europa ontstaan waren, maar ook een manier om nieuwe auto's relatief risicoloos te kunnen testen. Natuurlijk is alles relatief, want een dergelijke nieuwe vinding als een racebaan gaat onvermijdelijkerwijs met de nodige bloedvergieten gepaard.
Wat begon als een nagenoeg onverharde oppervlakte, die bestond uit kalksteen, grind, kiezels en een oplossing uit teer en olie werd al snel vervangen door bestrating met klinkers. Nogal een klusje, gezien de omtrek van ruim 4 kilometer die de oval heeft, maar het werk werd met een laatste symbolische gouden klinker...beklonken, en de tot op heden gebruikte naam 'brickyard' was een feit. Wie meer wil lezen over dit stukje Amerikaanse historie kan zich hier uitleven.
.@IMS history is mesmerizing. Track work 2Day included core samples & brick at bottom of this core was laid 108 years ago almost to the day! pic.twitter.com/euek21wawl
— J. Douglas Boles (@jdouglas4) October 27, 2017
In de jaren die volgden werd er nog een aantal malen grootschalig nieuw bestraat, met als gevolg een circuit dat steeds een stukje hoger werd. Letterlijk. Onlangs ging de boor - gelijk in een stuk poolijs - verticaal in een deel van het circuit, waar het volgende monster uit tevoorschijn kwam. Het is alsof je naar een stuk asfalt-spekkoek zit te kijken; onderstaande afbeelding helpt ons onderweg met een stukje context.
In geheel ongerelateerd nieuws: mocht u volgend jaar de Indy 500 (ditmaal zonder Alonso) willen bezoeken, dan kunt u vanaf vandaag kaartjes kopen.