Het begrip 'rubberen tijd' lijkt voor de automotive sector uitgevonden. Ook al moet je er als fabrikant qua innovatie en R&D onafgebroken bovenop zitten, grote trendveranderingen zijn doorgaans een kwestie van de (zeer) lange termijn. Zo ook voor wat de dominante merken aangaat: voordat Volkswagen in Nederland bovenaan het podium plaatsnam, was Opel tussen 1970 en 2004 liefst 35 jaar lang (!) onbedreigd marktleider.
Maar VW heeft twee slechte jaren achter de rug, en voelt de hete adem van een groeiend Renault in de nek: de Fransen zijn hun rivalen uit Wolfsburg tot zo'n 2.000 modellen per jaar genaderd, waar het gat tussen de kemphanen in 2015 nog meer dan 21.000 auto's bedroeg. Heeft de dieselgate-sjoemelsoftware-affaire dan toch een vertraagd effect op de verkopen gehad, of moeten we de oorzaken elders zoeken?
Het grootste manco waar Volkswagen tegenaan loopt danwel liep is het gebrek aan de steeds populairder wordende kleine SUV's. Een model onder de Tiguan was er in 2017 niet, terwijl Renault met de Captur (7.944 exemplaren) een auto in de top 10 van bestverkopende modellen had. Ook Nissan (Qashqai, 6.933 stuks) Peugeot (2008, 5.241 stuks), Mazda (CX-3, 2.131 stuks), Kia (Niro, 4.546 stuks) en Opel (Mokka, 3.407 stuks) zetten stuk voor stuk duizenden kleine Crossovers weg in Nederland. Alleen de Fiat 500X (442 stuks) lijkt volledig te floppen in dit segment, voor de rest zijn de kleine hoge hippe auto's niet aan te slepen.
Volkswagen maakt de inhaalslag met de T-Roc en een nog te onthullen model op Polo-basis (T-Cross), maar is op zijn zachtst gezegd tardy to the party. Daarnaast wordt de markt dit jaar overspoeld moet kleine Crossover-concurrenten: de Kia Stonic, Hyundai Kona, maar ook de Seat Arona en Skoda Karoq uit de eigen gelederen. Volkswagen zal het niet cadeau krijgen in dit segment.
Daarnaast speelt een punt dat al eens eerder is aangestipt: sinds Skoda zich meer upmarket profileert, eet het verkopen bij de grote concernbroer weg. De Tsjechen bieden uitstekend waarde voor je geld, vlotte designs, en doen in de betrouwbaarheidsstatistieken niet onder voor Volkswagen. Hiermee is het merk in toenemende mate in VW"s vaarwater gaan zitten, een kwestie die de Duitsers niet zint en waarop door de merkstrategen een oplossing gevonden moet worden. Nu denkt u misschien 'tomato, tomahto', maar binnen de VW Groep moet elk merk strijden voor zijn eigen groei en budget.
Volkswagen doet het overigens niet heel slecht: marktaandeel an sich fluctueert altijd een beetje, wat vooral samenhangt met hoe nieuw het modellenaanbod is. Populaire modellen die aan het einde van hun cyclus zitten verkopen aanzienlijk minder goed dan wanneer ze in hun introductiejaar zitten. 2015 was als gezegd voor VW een topjaar, maar in de jaren 2007 t/m 2009 lag het marktaandeel in Nederland onder de 10%. Het ligt er derhalve maar net aan met welke periode je vergelijkt. Het merk is op de lange termijn stabiel, maar dat mag ook verwacht worden van Europa's verreweg grootste autobouwer.
VW's sterke modellen leggen een goed fundament: de Golf blijft een solide verkoper en 2018 wordt het eerste volle jaar voor de geheel nieuwe Polo. Ook de Upjes en de Tiguan verkopen nog uitstekend, dus wat volume aangaat blijft Volkswagen wel het nodige wegzetten. Zorgwekkend is echter dat het bedrijf op thuismarkt Duitsland ook een daling in de verkopen van 3,3% moest incasseren. Het marktaandeel in Duitsland bedroeg in 2017 18,4%. Dat lijkt veel, en dat is het ook, maar tegelijkertijd is het het laagste Duitse marktaandeel voor VW in 20 jaar tijd.
Volkswagen heeft op veel Europese markten een sterke positie: Europese klanten kopen graag een VW, de goede restwaarde levert ook een aanzienlijke bijdrage aan het succes. De komende jaren verwachten we dat VW deze sterke punten koestert en op de Europese markten consolideert, de vraag is hoe de zaken lopen zodra de eerste elektrische I.D-modellen op de markt verschijnen.