Verantwoordelijk voor het unieke gevaarte is bespoke-afdeling Mulliner, dat eerder al dure klokjes en picknickmandjes in de Bentayga fröbelde. Het ding is gemaakt om hun partnerschap met paardrijdersvereniging 'The Jockey Club' te vieren, en zal menig liefhebber een paar stijve rijlaarzen bezorgen.
De exterieurkleur is een variant op British Racing Green, dat Bentley Lustrous Spruce noemt. In de wielkasten prijken zwarte 21” diamond-turned wielen (wat dat ook maar mag betekenen), en het interieur gebruikt naast een inleg van Burr Walnut dezelfde stof die voor de helft van de jasjes op de paardenclub is gebruikt: tweed. Kortom, dat kan niet traditioneler. Je zou er spontaan in een ochtendjas een pijp van gaan roken naast een haardvuur. Als we naar de uitlaten kijken concluderen we dat als basisvoertuig niet de W12, maar een V8 gebruikt werd. Dit in tegenstelling tot de vrij gelijkwaardige Duckunt-Bentayga, die de volle twaalf pitten kreeg.
Zoals bekend hebben Britse traditionalisten een allergie voor het vasteland, en daarom blijft de SUV waar hij zich in zijn element voelt: op het Britse eiland, waar hij later deze maand tijdens het Cheltenham Festival tentoongesteld wordt. Laten we ze maar niet vertellen dat de basis voor de auto in Slowakije gemaakt wordt. Maar serieus: wat combineert groen toch mooi met de bruine tonen in het interieur. Of het mooi is ligt aan je eigen beoordeling, maar vakmanschap is het zeker. Het is alleen een beetje een deceptie dat er niet van Harris Tweed gebruik is gemaakt. Quite.