Hoewel het aantal 'betaalbare' EV's hand over hand toeneemt, is elektrisch rijden nog steeds een duur geintje voor wie geen bijtellingsvoordelen geniet. Een nieuwe auto kost minstens 35 mille in de aanschaf, en dit bedrag kan oplopen tot 150 duizend euro. Het is nog onduidelijk hoeveel een EV precies afschrijft, maar de voortekenen zijn wat dit betreft gunstig. Dat betekent ook dat tweedehands elektrische auto's relatief duur zijn, maar toch is de verkoop hiervan in het afgelopen half jaar verdrievoudigd. Dit meldt het VWE, op basis van eigen onderzoek.
In H1 van 2019 werden 3.124 voormalig zakelijke elektrische auto's overgeschreven naar een particulier. Dit gebeurde in H1 2018 nog 970 keer. Hieronder de populairste modellen
Dat de Tesla Model S bovenaan dit lijstje staat, zal weinig mensen verbazen. Het was de afgelopen jaren verreweg de meest courante elektrische auto. Daarnaast helpen de gunstige garantievoorwaarden op de aandrijflijn, het accupack, en de gratis supercharging die bij de auto hoort flink mee.
Het is namelijk wel een flinke gok om een tweedehands EV te kopen: een gebruikte batterij heeft niet meer de capaciteit van een nieuwe, en het is verreweg het duurste onderdeel in de auto. Wanneer je deze moet vervangen, en het is niet gedekt door een garantie, is dit een enorme kostenpost. Vooral dit gegeven schrikt mensen af om op de occasionmarkt naar een elektrische auto te zoeken.
Desalniettemin loopt het aantal elektrische occasionverkopen voor het eerst ooit in de duizenden, over een periode van een half jaar. Zet deze 3.000 echter af tegen de 17.000 nieuwe registraties, en je komt op 18%. Voor elke occasion zijn dus meer dan vijf nieuwe auto's verkocht. Kijken we naar de gehele markt, dan zien we dat de occasionsector een stuk groter is dan de nieuwe sector: in 2018 werden twee miljoen occasions verhandeld, tegenover 450 duizend nieuwverkopen.