Seat shankt stekker in significant struise Spaanse SUV

De Tarraco is nog een slag groter dan de ook al niet heel kleine Ateca. Desondanks koos Seat ervoor om niet een 2.0 TSI, maar een 1.4 TSI in het vooronder te lepelen. Deze motor, met maximaal 150 pk, wordt geassisteerd door een elektromotor die 85 kW/116 pk kan leveren. Met elkaar hebben ze een systeemvermogen van 245 pk en 400 Nm. 0-100 gaat in 7,4s, de topsnelheid bedraagt 217km/u. Nette waarden, maar toch zal het 1.4'tje er flink aan moeten sleuren, als de Tarraco (rijtest) op snelheid gereden wordt, en het 13 kWh grote accupakket leeg is.

Seat kiest ervoor het model onder het sportieve FR-label (het laatste opstapje richting Cupra) uit te brengen, en geeft hem navenante sportieve details, waaronder 19 inch lichtmetaal. De auto kan 'in 2020' besteld worden, voor die tijd debuteert hij op de IAA in Frankfurt, over enkele weken. Het is de opmaat naar zes elektrische en plug-in hybride SEAT en CUPRA-modellen, die we tussen nu en begin 2021 te zien krijgen.

Een ding knaagt echter: waarom is er gekozen om de oude 1.4 TSI te monteren? Dit blok is al jaren geleden ingehaald door de 1.5 TSI EVO met eveneens 150 pk. Waarom dan niet dat nieuwere blok monteren? Op deze manier krijgen we weer flashbacks naar de Exeo, het compleet geflopte Audi A4-afdankertje met een Seat-badge. In relevante Skoda's (of de nieuwe VW Polo) werd de 1.4 TSI al in 2017 gedumpt, en staat het blok niet meer in de prijslijsten. Waarom duikt hij bij Seat dan opeens wel op?