Wanneer we aan Chinese elektrische auto’s denken, zal bij velen van ons nog steeds het beeld opkomen van een magnetron op wielen, of van een goedkope kopie van een model van een andere fabrikant. Maar dat is al heel erg lang niet meer de realiteit. Merken als BYD zijn volledig mainstream geworden, NIO en Zeekr zetten flinke stappen in innovatie, en merken als Maxus zijn vrij succesvol in de markt van bedrijfswagens.
Tegenwoordig zijn de meeste kenners het er over eens: Chinese auto’s kunnen zich op zijn minst meten met de rivalen uit Europa, Amerika, Japan en Korea. En recentelijk is er een nieuwe kenner aan die lijst toegevoegd. Jim Farley, de CEO van Ford, bracht vorig jaar een bezoek aan China om de fabriek van zusteronderneming Changan Automobile te bezoeken. En schijnbaar is Farley zich daar rot geschrokken, zo schrijft de Wall Street Journal.
Samen met financieel directeur John Lawler reden ze rond in een van de elektrische auto’s van Changan, waarop Lawler zou hebben gezegd: “Jim, dit hebben we nog nooit meegemaakt.” Farley zou daar aan toe hebben gevoegd: “Dit is een serieuze bedreiging voor ons bestaan”.
Farley is zeker niet de eerste topman van een automerk dat een ruwe wake-up call heeft gekregen. Elon Musk stelde dat de Chinese automerken de meest competitieve fabrieken ter wereld hebben. De voormalige CEO van Volkswagen kwam tot de conclusie dat Chinese merken drie keer zo snel een auto kunnen maken als hun westerse tegenhangers. De afgelopen jaren hebben de Chinese merken gestaag de markt veroverd op de buitenlandse merken in China. Nu staat de autowereld aan de vooravond van de wereldwijde uitbreiding van de Chinese merken.
En Farley ziet dat ontzettend pessimistisch in. “Deze Chinese merken gaan met de snelheid van het licht. Ze gebruiken kunstmatige intelligentie en andere technieken in auto’s die volledig anders zijn dan alles wat wij in Amerika doen. Deze elektrische merken in China hebben een betere prijs, bieden geweldige digitale functies en breiden zich agressief uit naar andere markten. Dit is een existentiële dreiging.”