Recensie: de laatste aflevering van dit Top Gear-seizoen is de beste

Deze zesde aflevering is alweer de laatste van het 23e seizoen. Meer mensen hebben het rampennieuws achter de schermen gevolgd dan Top Gear zelf gekeken, maar getuige deze aflevering is dat onterecht.

Top Gear zit met PR-problemen die niet meer zijn gezien in Groot-Brittannië sinds Tony Blair besloot zijn cojones aan president Bush te laten zien en mee te doen aan de Irak-invasie. Het programma heeft in zes afleveringen veel geleerd, maar dat is als zeggen dat een vierjarige in zes weken veel heeft geleerd over chirurgie; nee, bedankt, ik opereer mezelf liever, desnoods met een lepel.

Toch kunnen we er een wonderkind aan overhouden, zoals Chris Harris, die zich met Top Gear voor het eerst bij een groot publiek in de kijker speelt. Hij mag deze zesde aflevering openen met Honda, ooit een innovator die de NSX bouwde op aanwijzingen van Senna de Geweldenaar, nu een maker van superbetrouwbare truttenschudders. Maar de NSX is terug, als vierwielaangedreven hybride met 573 pk. 

Samenvatting: Honda is eindelijk terug als adres voor bloedsnelle en betrouwbare supercars. De NSX klokt een 1.17,6, anderhalve seconde sneller dan de goddelijke Ferrari 458 waar zijn makers zich door hebben laten inspireren. Het item staat cinematografisch op eenzame Top Gear-hoogte, net als Harris. Als hij voor het volgende seizoen niet de hoofdpresentator is, eventueel in tandem met Rory Reid, luisteren de Top Gear-bonzen even goed naar het plebs als de EU.

De belofte voor volgend seizoen is goed, want na Harris komt Reid. In een magisch realistisch Schots decor rijdt hij de eerste generatie van de Ford Mustang. De American Dream met een vleugje marteling. Stilist Reid: "The brakes? I wouldn't go as far as calling them brakes. They are more like novelty items." Goud. Maar er is een nieuwe Mustang, de begeerlijkste Mustang in decennia - en niet alleen qua design. "It can go around corners without all that inconvenient dying stuff."

Reid stelt de vraag of dit de Mustang is die Europa gaat veroveren (ja hoor, het is de bestverkochte sportwagen van het moment. Een Mustang! In Europa!) maar vindt het drankprobleem van de V8 bezwaarlijk. Bezwaarlijker vindt hij echter de viercilinder ecoboost, dus zou hij voor het drankorgel gaan. De romanticus Reid vindt deze geraffineerde Mustang geen ware 'Stang; te Europees en comfortabel en beschaafd. Hij wil die wereld van pijn voelen. Mooi argument, wij vinden een Afrika zonder honger ook esthetisch onverantwoord, in zo'n wereld willen we niet leven.

Verder is ook dit item toptelevisie. Extra Gear (keek niemand ooit) had nooit moeten bestaan: Harris en Reid hadden de kar moeten trekken. Nu deze twee openen, weet je pas echt wat je zes weken lang hebt gemist.

Deze week was het eindelijk leuk. Er zit zelfs een man die in een Bridget Jones film speelt. [Moeilijk te genezen ziekte, als kreet uitgeschreeuwd.] Nee, natuurlijk niet! Ook dit was weer een kwartier excuuszuipen omdat er een wijvenacteur aanschoof. [Herhaling ziekte, in iets wanhopiger toon.] Schrap in godsnaam dit kutsegment.

Kijk, de derde man van wat het nieuwe triumviraat moet worden op het Top Gear-circuit met de Porsche 911 R. Classic Top Gear: kinderlijk enthousiasme prachtig gevat in een orgie van geluid, geweld en een heuwl grote glimlach. Bijna niemand zal die auto ooit rijden, maar door de manier waarop LeCharmer zijn liefde voor de 911R onweerstaanbaar etaleert, heb je toch de indruk zelf achter het stuur te zitten. 

Na het segment van utter joy volgt traditiegetrouw een exercitie in het opdienen van kritische met komische noten. In het geval van de Porsche de prijs. Geen idee wat het pond tegenwoordig waard is, maar een kleine 140 duizend van die ponden voor de 911R is aan de hoge kant. Niet in de laatste plaats omdat de GT3 RS zesduizend pond goedkoper is. Volgens LeBlanc gaat de 911R echter over een tijd dat automakers niet alleen maar bezig waren met stopwatches en circuits, maar met de rijsensatie en de bestuurder. Mooi, James May-ish, punt.

Chris Evans geeft niet op. Hij voelt aan zijn water dat hij nog iets moet laten zien om niet überhaupt ontslagen te worden. En dat lukt heel aardig. Hij laaft zich aan de ietwat idiote maar vergeeflijke hobby om klassieke auto's een upgrade te geven tot de auto die ze nooit waren. 

Hij presenteert een Aston Martin DB5 die zo te zien alleen zijn body nog deelt met het origineel. Er hangt het bescheiden prijskaartje van een miljoen pond aan. Tamelijk upmarket inderdaad, net als de Eagle Speedster die nog even langskomt, om vervolgens zendtijd prijs te geven aan een totaal herbouwde MGB. God weet waarom je een niet heel bijzondere classic British roadster als fundament voor een workaround zou nemen, maar goed, je moet sowieso gek zijn om daar honderdduizend pond voor te betalen. Leuk item, behalve wanneer Evans de nu bloedsnelle MG (0-100 in 3,8) becommentarieert op hoge snelheid. Zijn geschreeuw is zelfs naar zijn standaarden zo bizar, dat we hem misschien alsnog maar moeten ruimen voor de volgende serie. Dit nooit meer.

We vergeten de idiote afsluiting van de aflevering, want dat heeft iets te maken met een Schmitz en een Jordan en een rallycross car. De finale van een Top Gear-seizoen dat controversiëler was dan Clarkson die een Ier sloeg, is de beste uitzending van de zes. Benieuwd of de Beeb kan doorbouwen op dit einde.

Lees hier de vorige recensies:

Aflevering 1 - Het nieuwe Top Gear is vooralsnog een grote teleurstelling

Aflevering 2 - Recensie: is Top Gear al beter geworden?

Aflevering 3 - Recensie: houdt Top Gear de stijgende lijn vast?

Aflevering 4 - Recensie: we weten dat Top Gear beter kan

Aflevering 5 - Recensie: Top Gear was mooie maar matte televisie