Analyse. Zo veel sneller is de F1 geworden [2014-16]

Elk jaar verandert er wel iets aan de reglementen, waardoor het moeilijk is een eerlijke vergelijking te trekken. Door de jaren heen wijzigden de regels met betrekking tot bijtanken, en bandenwisselen. Tegenwoordig is de grootste uitdaging om tijdens een race niet meer dan 100 kg aan brandstof te verbruiken, en de onderdelen niet te zwaar te belasten, want er is een gelimiteerd aantal motoren en bakken beschikbaar. Gelukkig helpt het lage maximale toerental dat de moderne V6 turbo’s draaien hier flink aan mee.

Valkuilen: wijzigingen aan circuits, weersomstandigheden, en natuurlijk het komen en gaan van circuits. In de eerste seizoenshelft van 2016 zaten afgezien van Azerbeidzjan echter grotendeels identieke circuits. Hiervan verzamelden we de Pole-tijd, de snelste raceronde, en het absolute ronderecord. In bijna elk geval is het ronderecord ergens aan het begin van deze eeuw gereden, behalve in Rusland, want dat circuit bestond toen nog niet, en in GB, omdat het circuit in 2011 een grote aanpassing kreeg.

De vergelijking is alleen dit jaar nog relevant, aangezien de auto’s sinds 2014 er grotendeels hetzelfde uitzien. Voor volgend jaar staan ingrijpende wijzigingen op stapel, die de auto’s nog een stuk sneller moeten maken.

Over 2014 kunnen we kort zijn: het stofzuigergeluid van de bolides was om te janken, en qua snelheid kon je opoe in haar Wagon R+ het nog bijna bijbenen. Maar elke nieuwe impuls heeft even de tijd nodig om tot bloei te komen, zo ook de hybridisering van de Formule 1.

Ter illustratie: op een droog Spa Francorchamps zette Nico Rosberg in 2014 de snelste raceronde neer in een tijd van 1:50.511. Dit is nog geen 9 seconden sneller dan het ronderecord dat Porsche’s LMP1-wagen dit jaar op hetzelfde circuit neerzette: 1:59.140. En let wel: die auto is zo’n 240 kg zwaarder (870 kg zonder coureur vs 702 kg voor een F1-bolide mét coureur), en kan dit tempo tot 24 uur lang volhouden.

Op sommige circuits komen we steeds dichter bij de benchmarks uit het verleden, maar op banen als de Hungaroring zit er nog een gat van bijna 4 seconden.

Foto: Red Bull RB10 vs RB12, van boven naar onder.