Op een Fia-congres dat deze week in Genève werd gehouden was Mercedes-teambaas Toto Wolff ondubbelzinnig duidelijk: Mercedes overweegt pas zijn motorblok in de McLaren te steken als een eventuele scheiding met Honda rond is. Tot die tijd hoeven de Britten niet op de ritmisch stampende Duitse cilinders in hun achterkant te rekenen. Wolff:
"First we would like to see Honda and McLaren sorting out their relationship. There's quite some momentum in the market at the moment, which we watch from the sidelines. This is a position we have put ourselves in because the most important thing is that Honda performs, stays in the sport and has a good deal with its customer teams or works teams."
Dit is het enige juiste en diplomatieke antwoord op de rondzingende vraag. Geen grootspraak in de trant van: 'als je die ondermaats presterende Japanner die het nooit lang volhoudt wilt lozen en toe bent aan een échte motor met uithoudingsvermogen, bel me', maar gewoon de waiting game spelen.
Mercedes weet ook heel goed dat zijn positie sterk is, de kans dat McLaren weg gaat bij Honda is aanzienlijk, en het team weet dat het de Wolff kan bellen als er echt stront aan de knikker is. Dan moet je voor die tijd niet als stoorzender gaan fungeren. Wel gaf Wolff tussen neus en lippen door aan dat de motorenafdeling de capaciteit heeft een derde klantteam te bedienen. Dit laatste is overigens iets dat Renault-motorenbaas Cyril Abiteboul deze week ook al zei over zijn merk. Kortom: er zijn meer mededingers die naar de hand van McLaren lonken, maar bij de huidige technische stand van zaken is de keuze toch vrij snel gemaakt in Woking.