Nyck de Vries moet helft F1-salaris inleveren na verloren rechtszaak

Nyck de Vries heeft het de laatste tijd niet bijzonder makkelijk. Na zijn beschamende exit na tien races voor AlphaTauri vond hij een plekje bij het Formule E-team van Mahindra. Het seizoen is nog maar drie races oud, maar Nyck is nog niet verder gekomen dan een 18de plek in een veld van 22 auto's. De Vries heeft sinds kort echter niet alleen op sportief gebied tegenslagen te verwerken. Ook in de rechtbank ging het flink mis.

Riskante deal

In januari 2023 werd De Vries voor de rechter gesleept door Jeroen Schothorst, eigenaar van investeringsmaatschappij Investrand. Het bedrijf leende Nyck in 2018 een bedraag van 250.000 euro om zijn Formule 2-carrière mee te financieren.

De deal kende bijzonder riskante voorwaarden: wanneer De Vries vóór het einde van 2022 geen racestoeltje in de F1 bemachtigd zou hebben, zou hij het geïnvesteerde geld niet terug hoeven te betalen. Lukte dat wel, dan had Investrand recht op maar liefst 50% van alle inkomsten gegenereerd tijdens Nyck's F1-carrière. Een positie al testcoureur viel buiten de deal.

Doormidden gezaagd

De Vries kreeg uiteindelijk pas een volledig racestoeltje voor het seizoen van 2023, waardoor Nyck en zijn management dachten van de verbintenis met Investrand af te zijn. Daarbij werd de invalbeurt die De Vries onverhoopt voor Williams deed op Monza echter even vergeten. Schothorst voerde aan dat De Vries ondanks zijn officiële rol als testcoureur voor Mercedes toch echt een racestoeltje had weten te bemachtigen vóór het einde van 2022. De rechter ging hierin mee.

Die ene super-sub race als vervanger voor Alex Albon komt De Vries nu duur te staan. Investrand heeft nu recht op de helft van alle inkomsten die De Vries maakte bij Williams en AlphaTauri. Zijn salaris, sponsorgeld en andere deals die uit de F1 voortgevloeid zijn moet Nyck nu dus doormidden gaan zagen.

Ondanks zijn winst in de zaak betreurt Schothorst de gang van zaken. De zakenman had liever gehad dat hij achter gesloten deuren een regeling had kunnen treffen met De Vries, zonder gerechtelijke procedures. Daar kreeg hij echter de kans niet toe:

"We hebben Nyck op een cruciaal moment in zijn carrière ondersteund, toen niemand anders dat meer wilde doen. Ik ben blij dat we nu door de rechter in het gelijk gesteld zijn al betreur ik natuurlijk dat deze procedure nodig was. Liever hadden we in goed overleg een regeling getroffen zonder procedures, maar helaas zijn onze pogingen daartoe telkens door Nyck en zijn advocaat resoluut van de hand gewezen."