“Een bitch die alleen nog door Verstappen kan worden bestuurd”. Zo beschreef Red Bull-adviseur Helmut Marko de huidige auto van Red Bull tijdens de zomerstop. Maar na de Grand Prix van Italië lijkt zelfs dat niet meer helemaal waar te zijn. Max Verstappen moest het doen met een zesde plek in de race en zijn teamgenoot Sergio Perez werd slechts achtste.
Rivalen McLaren en Ferrari daarentegen konden hun geluk niet op in Italië. De eerste vier plekken gingen naar die twee teams. Gelukkig voor Verstappen was het niet Lando Norris (tweede in het kampioenschap) maar Charles Leclerc (derde in het kampioenschap) die de race won. Norris werd zelfs derde in de race, achter teamgenoot Oscar Piastri. Daardoor loopt de Brit maar acht punten in op Verstappen. De Nederlander heeft nog een voorsprong van 62 punten met acht races te gaan.
Bij de constructeurs ziet het er echter een stuk minder rooskleurig uit. Met de beide McLaren-coureurs op het podium is het team flink ingelopen op Red Bull. Dat gat is nu nog maar acht punten in het voordeel van Red Bull.
Reden genoeg voor Verstappen om de noodklok te luiden. “Het is op dit moment niet meer realistisch dat we kampioen worden. Dat geldt voor beide titels,” verklaart de regerend kampioen aan de media na de race in Monza. We zijn nu overal slecht, het maakt niet uit naar welke baan we gaan.”
Circuits lijken geen factor meer te zijn
Dat laatste is al helemaal een zorgwekkende constatering van Verstappen. Meestal biedt de variatie in circuits namelijk wat soelaas voor een team. Vorig jaar was Singapore de reddende engel voor de concurrentie in een jaar dat Red Bull elke andere race won. Baku is traditioneel gezien een circuit waar Sergio Perez heel goed is. Zandvoort was altijd een feestje voor Verstappen.
Voorafgaand aan de race dit weekend zei elke analyse - inclusief die van ons - dat McLaren niet geweldig goed zou zijn op Monza. Dat was ook wat het team zelf voorspelde. Dit had een kans moeten zijn voor Red Bull om een beetje terug te slaan na een moeizame race in België en een regelrechte vernedering in Zandvoort. Maar eenmaal op de baan was daar niets meer van over: McLaren had overduidelijk de snelste auto en de enige reden dat Ferrari kon winnen, was omdat het Italiaanse team een betere strategie had. En ja, het voelt ontzettend vreemd om dat te typen.
De Grand Prix van Spanje eerder dit jaar leek een keerpunt. Red Bull had een paar mindere races achter de rug, maar in Spanje - en een race eerder in Canada - was Verstappen zonder twijfel de snelste op de baan. En aangezien het circuit van Barcelona als een goede graadmeter voor de rest van de kalender wordt gezien, leek het er op dat Red Bull de teugels weer in handen had.
Sindsdien zijn er echter zes races geweest die geen van allen door Red Bull zijn gewonnen. En als we naar die circuits kijken, dan lijkt de analyse van Verstappen aardig te kloppen. Silverstone, Spa-Francorchamps, Zandvoort en Monza zijn allemaal wezenlijk verschillende circuits met volledig andere eigenschappen. Op geen van die vier wist Red Bull echt een indruk te maken. Zelfs in Hongarije, wat in feite een verkapt stratencircuit is, was de auto van Verstappen en Perez bij lange na niet de snelste.
We leave Italy empty handed, but congratulations to @Charles_Leclerc and @ScuderiaFerrari on a great win 👏#F1 || #ItalianGP 🇮🇹 pic.twitter.com/NX1rhwhBg0
— Oracle Red Bull Racing (@redbullracing) September 2, 2024
Waar komt dit nou door?
De verklaringen zijn legio. De balans van de auto is niet goed meer. De remmen doen niet wat ze moeten doen. Er is een ‘correlatie-probleem’, want de simulaties en de windtunnel leveren niet dezelfde resultaten op als wat er op de baan gebeurt. De strategie zit er naast. ‘McLaren sjoemelt misschien wel met de voorvleugel’, insinueerde teambaas Christian Horner na de race in Monza. In dezelfde adem beweert Horner dat de Red Bull gewoon wat te complex is en dat de auto te veel downforce heeft. De complotdenkers onder ons zullen misschien eerder naar de nieuwe FIA-regels rondom de remmen kijken, terwijl de cynici concluderen dat Red Bull gewoon niet weet wat het aan het doen is op dit moment.
Na de race stelden Marko en Horner dat de resultaten net zo makkelijk weer om kunnen draaien en dat Verstappen inmiddels precies weet waar het probleem zit dus dat het spoedig opgelost moet zijn. Het is de nieuwste toevoeging aan een trilogie van onterecht bravado van Red Bull. De eerste twee delen waren “Wacht maar tot wij met onze upgrades komen” (Imola) en “We zullen volgende week gewoon weer de snelste zijn” (Oostenrijk).
Maar die PR-briefing is nog niet aangekomen bij Verstappen. “We moeten in feite de hele auto omgooien. De motor is heel erg slecht op dit moment en we hebben enorm veel werk te doen. We zijn van een dominante naar een onbestuurbare auto gegaan.” Het klinkt bijna als een déjà vu van een paar jaar terug, toen Toto Wolff klaagde over de onbestuurbare Mercedes. Horner sloeg toen een heel andere toon aan en gaf zijn rivaal lachend de opdracht: “Change your fucking car!” Misschien tijd om dat advies zelf ook op te gaan volgen?
Wat nu?
De rekensom is snel gemaakt. Met 62 punten voorsprong en acht races te gaan, moet Verstappen acht punten per raceweekend inleveren wil hij de titel verliezen. Dat betekent een resultaat zoals in Zandvoort - Norris eerste met snelste raceronde, Verstappen tweede - of zoals in Monza - Norris derde en Verstappen zesde. Of, eenvoudiger gezegd: Verstappen moet een substantieel slechtere race hebben dan Norris. In Monza was te zien dat een overwinning van Norris allesbehalve gegarandeerd is, dus Verstappen heeft maar een paar goede races nodig om zijn voorsprong te behouden.
Maar het constructeurskampioenschap is al praktisch verloren. Nog één race als dit en McLaren is Red Bull voorbij. Die acht punten zijn snel goedgemaakt. Niet ver daarachter zit Ferrari, met 39 punten achterstand op Red Bull. Dat is evenveel als McLaren twee races terug had. Met andere woorden: de derde plek lijkt ineens niet zo gek meer voor Red Bull.
En onder het oppervlak van PR-training en politiek correcte antwoorden weet Horner dit ook wel. “Als je naar de snelheid van vandaag kijkt, dan staan we in beide kampioenschappen onder druk. We waren de vierde auto. De auto moet echt sneller worden als we beide titels willen winnen. Niemand is blij met deze situatie. Het is heel snel omgekeerd, van dominant naar problemen.”
Dus, wat nu? Red Bull moet vooral heel hard gaan hopen dat de volgende reeks upgrades wel gaat werken. Over twee weken in Baku en een week later in Singapore zal de auto niet wezenlijk anders zijn. Maar daarna is er weer een maand rust. In die tijd zal Red Bull alles op alles zetten om in de Grand Prix van de Verenigde Staten eindelijk weer competitief te zijn. Want anders is het inderdaad praktisch voorbij in minstens een van de twee kampioenschappen.