Gereden. Audi A7 Sportback 50 TDI quattro. Groots op duivelssap

Diesel, het is een duivels sap dat je liever niet in je personenwagen gooit. Tenzij die auto van Audi komt en een drieliter V6 in het vooronder heeft liggen. Dan is het allemaal zo erg nog niet, toch?

Omdat Audi nog steeds niet vol afschuw is van dieselen bouwt het nog steeds hele dikke zelfontbranders in hele dikke wagens. Wij kregen de A7 Sportback 50 TDI quattro voor een weekje mee om eens te zien of dat dieselen echt zo erg is als je er bijna 150 duizend euro tegenaan smijt. En wat blijkt: nee, het is inderdaad niet zo erg, maar om te zeggen dat het heel erg fijn is… Eigenlijk ook niet echt.

Laten we maar gelijk met de deur in huis vallen: de drieliter V6 is een machtige motor. Hij produceert onderin veel trekkracht (duh, diesel) en weet het bijna 2 ton wegende gevaarte dankzij 288 pk en 620 Nm op alle vier de wielen best van zijn plaats te krijgen. Een sprintje van 0 naar 100 neemt op papier iets meer dan vijf seconden in beslag. Hierbij noemen we expliciet ‘op papier’, want in de praktijk heeft de Audi turbo’s die de helft van die tijd nodig hebben om op te spoelen. Daardoor komt het vermogen van de motor vrij laat nadat het gaspedaal is ingetrapt. Dat levert nogal eens beschamende taferelen op bij het stoplicht. Als je dan met je €150k aan Audi naast een Opel Astra uit 1994 staat en de Opel het halve kruispunt al over is voordat de A7 een keer op gang komt. 

Ook merkten we dit bij normaal rijgedrag. De combinatie automatische tiptronic achtbak met de traag reagerende V6 leverde nog wel eens wat horten en stoten op bij het intrappen van het gaspedaal. De bak weet op dat moment even niet welk verzet hij het best kan kiezen, waardoor je wat ongemakkelijk zit te schudden in je stoel. Overigens moet je niet al te lang zijn voor de gigantische A7. Met een gestel van twee meter is er flink wat afstelwerk nodig om comfortabel en niet met je hoofd tegen het dak te zitten. 

Om nog maar even met de negatieve zeiktoon door te zetten (er komt zo genoeg positiefs) was het ook niet altijd even fijn om met alle elektronische hulpjes rond te rijden. De auto probeert je automatisch binnen de wegbelijning te houden en doet dat soms ietwat abrupt. Daarnaast houdt hij van automatisch afstand houden en mag je absoluut het stuur niet even loslaten. En ja, we horen je zeggen dat je dan die hulpjes lekker uit moet zetten, maar dat is het punt: dat kan niet volledig. De Audi zal zich altijd blijven bemoeien met het rijgedrag van z’n bestuurder.

Aan de andere kant van het verhaal zijn die hulpjes in het dagelijks verkeer (als je een keer niet lekker door wilt rijden) extreem rustgevend. De sleur van het van en naar werk rijden is ineens niet zo erg meer als je comfortabel kunt zitten en de auto het gros van het werk overneemt. Dan is het ineens heel fijn als hij zich aan de snelheid houdt en het verkeer om je heen monitort. In theorie hoef je dan alleen maar te zitten en je handen op het stuur te houden. In de praktijk moet je zelf zeker nog opletten want de Audi maakt nog wel eens foute keuzes. Tijdens een ritje over een drukke provinciale weg met alle hulpsystemen aan besloot de A7 bijvoorbeeld ineens naar een uitvoegstrook te sturen terwijl hier geen enkele aanleiding voor was. Vermoedelijk een vergissing of onduidelijke wegbelijning die roet in de anders zo rustgevende rit gooide.

Over die rust gesproken, dat komt mede door het geweldige onderstel. In dit geval met de optionele luchtvering. Het strijkt de weg vrijwel glad. Zelfs in de sportstand, waarbij de auto zich 2,5 centimeter verlaagt. En hoewel uiterst comfortabel geveerd, de A7 laat zijn gewicht niet kennen in het stevigere bochtenwerk. Het onderstel houdt alles netjes in het gareel, en dankzij de meesturende achterwielen voelt de bijna vijf meter lange (4.969 mm) en twee meter brede (1.908 mm) auto nooit zo groot aan als hij is. Zelfs in krappe parkeergarages gaat het indraaien verrassend makkelijk. Dat moesten we overigens zelf doen, want de parkeerhulp was dan weer spoorloos in onze testauto.

Ook op het gebied van uiterlijk vertoon doet de A7 Sportback het goed. Agressieve lijnen afgewisseld met speciale animaties in de verlichting. Je wordt werkelijk getrakteerd op een lichtshow als je de auto alleen al van de vergrendeling haalt als je aan komt lopen. Opvallend is de keuze van Audi om de sensoren in de grille overduidelijk aanwezig te laten zijn. Ze lijken net op verlichting van nooddiensten. Typisch iets wat je mooi of niet mooi vindt. Wat het wel doet is mensen van de linkerbaan jagen als je achter ze rijdt. Dus ze doen wat ze moeten doen.

De A7 Sportback is een monster van een auto. Eén die de klinkers uit de straat trekt bij het optrekken terwijl hij nooit iets van zijn luxe verliest. Het is een auto die in heel veel dingen goed is en vooral uitblinkt op langere ritten (ook dankzij de elektronische hulpjes). Hij houdt zich daarnaast prima in dagelijkse omstandigheden, maar hoe mooi en krachtig de auto ook is, er beginnen probleempjes te verschijnen als je echt wat van de auto begint te vragen. En dat zou je eigenlijk niet verwachten in een Audi van €144.747.