Volkswagen moet binnen een of twee jaar de zaken op orde krijgen, anders gaat het bedrijf ten onder. Dat zijn niet onze woorden, maar die van Arno Antlitz, het hoofd financiën van Volkswagen. Antlitz sprak deze week in een speciale meeting van Volkswagen waarin de toekomst van het bedrijf besproken werd, en dat ging allemaal niet zo soepel.
Het grote probleem van Volkswagen is namelijk dat de Duitse gigant niet helemaal weet wat het aan moet met de elektrische markt. Chinese merken zijn in rap tempo op komen zetten en hebben de markt voor elektrische auto’s in feite onder controle. Dat betekent dat Europese en Amerikaanse merken zich aan moeten passen, al lijkt niemand echt te weten hoe.
Zo besloot Volvo deze week om de doelstelling van ‘volledig elektrisch in 2030’ grotendeels los te laten. Ford trok vorige maand plannen in om een elektrische SUV en een elektrische pick-up te maken. Verschillende merken hebben moeten toegeven dat hun plannen voor elektrische line-ups iets te ambitieus waren.
Tegelijkertijd spelen er grote economische factoren. Sinds de pandemie en de daaropvolgende inflatie en dreigende recessie hebben veel sectoren het erg zwaar gehad. In veel landen zijn subsidies voor elektrische auto’s weer ingetrokken, terwijl er flinke tarieven op Chinese elektrische auto’s zijn geplaatst. Dat laatste klinkt misschien goed voor de Europese merken, maar zo eenvoudig is het niet. Veel merken zijn namelijk afhankelijk van een gedeeltelijke productie in China of van Chinese onderdelen voor het maken van hun eigen modellen. Dat is nu dus ook allemaal duurder en complexer geworden.
Dat alles maakt dat een groot bedrijf als Volkswagen nu flink onder druk staat. “De economische omstandigheden zijn erg complex geworden”, vertelt CEO Oliver Blume. “Er zijn nieuwe concurrenten op de Europese markt gekomen. Duitsland begint ook veel terrein te verliezen als het aankomt op de ontwikkeling van auto’s. In deze context moeten wij nu stevig optreden.”
Dat betekent onder andere het sluiten van een of meerdere fabrieken in Duitsland. Volkswagen maakte eerder bekend dit te overwegen, en dat was dus ook waar de meeting van deze week over ging. Verschillende vakbonden waren aanwezig bij de vergadering, waar Blume en Antlitz het niet makkelijk hadden. Volkswagen heeft ongeveer 300.000 werknemers in Duitsland, dus het bericht dat er fabrieken misschien gesloten moeten worden, viel niet bepaald in goede aarde.
Desondanks houden de directeurs van Volkswagen vol dat er dingen moeten veranderen. “We hebben nu al een tijdje meer geld uitgegeven dan er binnenkomt”, vertelt Antlitz. “Dat hou je niet vol op de lange termijn. Als we op deze manier doorgaan, dan overleven we de transformatie naar elektrisch niet.”