Deze vijf zaken zijn onmisbaar voor een veilige autoreis

West-Europa - en zeker Nederland - heeft een goede infrastructuur, met doorgaans goed verlichte wegen, en voldoende vluchtstrook of vluchthavens, voor het geval dat automobilisten panne krijgen. Dat neemt echter niet weg dat er zich een situatie kan voordoen, waarbij u met pech ergens op een slecht verlichte en potentieel gevaarlijke plek terechtkomt. Daarom raden we aan de volgende zaken altijd mee te nemen:

1. Brandblusser
2. Zaklamp
3. Veiligheidshesje
4. Gevarendriehoek
5. Verbanddoos

De brandblusser is onafhankelijk van waar u ook rijdt altijd handig. Zeker in wat oudere auto's kan snel een klein brandje uitbreken, en met een blusser van een paar tientjes kunt u voorkomen dat uw volledige auto in vlammen opgaat. We volgen de verkeersdienst van Rijkswaterstaat op twitter, en zien hier met enige regelmaat auto's voorbijkomen die in lichterlaaie staan. Een kleine blusser (werktijd: 6 tot 10 seconden) weegt zo'n 3 tot 5 kg, en laat zich makkelijk onder een passagiersstoel vastgespen. Denk er echter wel aan, dat de blusser doorgaans binnen vijf jaar vervangen moet worden, maar deze vervaldatum staat duidelijk aangegeven op het etiket van de blusser.

Met de komst van steeds betere smartphones is het bestaansrecht van de zaklamp wat zwakker geworden, maar geloof ons: als u in uw eentje ergens in het donker komt te staan, bent u dolblij als u zichzelf kunt bijschijnen met een compacte maar felle lamp, die u desnoods in de mond kunt vasthouden, als u beide handen nodig heeft. Probeer dat maar eens met een platte, brede smartphone, als u iemand anders dan Julia Roberts bent. Moderne compacte lampen met felle LED'jes passen met gemak in een handschoenenkastje, en zijn er zowel met batterijen als met een accu, die u via de sigarettenaansteker kunt opladen. Behalve bij een eventueel pechgeval is zo'n ding bovendien erg handig bij het kamperen.

Het veiligheidshesje en de gevarendriehoek zouden eigenlijk verplicht moeten zijn in elke auto, en in landen als Duitsland is dat ook zo. Veel moderne fabrikanten leveren ze standaard mee, maar als uw auto iets ouder is, liggen ze waarschijnlijk niet achterin. De reden voor het meenemen van deze zaken hoeven we u hopelijk niet uit te leggen: het weegt niks, en draagt significant bij aan de zichtbaarheid. Zeker als u met panne na een blinde bocht staat zijn ze goud waard. U kunt het arsenaal eventueel nog uitbreiden met een waarschuwingslamp, maar hier begint de vraag zich op te dringen hoeveel materiaal u precies wilt meetorsen 'voor het geval dat'.

Last but not least: zorg ervoor dat u een compacte verbanddoos bij zich hebt. Ondergetekende heeft eens tijdens een nachtrit door de Eifel oog in oog gestaan met een joekel van een damhert, en als je zoiets op je motorkap krijgt, dan kan een kompresje helpen. Wel een tip vooraf: een standaard verbanddoos is doorgaans - naast de nuttige zaken - gevuld met allerhande spul aan boord dat u nooit nodig gaat hebben. Ruim zo'n ding dus van tevoren uit (thermometers en diarreeremmers zijn niet beslist noodzakelijk onderweg), en vul 'm aan met nuttige zaken voor de reis: drukverbanden, pleisters, ontsmettingsmiddel, kompressen, Leukoplast.

Al deze bovenstaande zaken zijn - makkelijk gecategoriseerd - online te vinden, hier op Besteonderdelen.nl. Speciaal voor mobiele gebruikers is er de Auto-onderdelen APP. Behouden vaart!