De Williams FW14B is één van de meest bekende wagens uit de geschiednis van de sport. Met innovaties zoals actieve ophanging en traction control aan boord was de FW14B een enorme sprong vooruit. De fundering voor het succes van die auto werd echter gelegd in 1991, met de originele FW14.
Nigel Mansell en Riccardo Patrese kenden een moeilijk jaar dankzij de overstap naar een semi-automatische versnellingsbak. De FW14 was altijd vooraan te vinden, maar vanwege gebrekkige betrouwbaarheid konden Ayrton Senna en McLaren ze alsnog verslaan. Het werd meteen de laatste titel voor een V12 en een handgeschakelde versnellingsbak.
Chassis 5
Tijdens dat moeilijke seizoen wist Mansell alsnog zes races te winnen. Vijf daarvan waren met het chassis dat op 14 mei in Monaco op de veilingvloer van RM Sotheby' staat. Na de finish van de Grand Prix van Groot Brittannië werd de auto legendarisch gemaakt omdat Nigel zo vriendelijk was Ayrton Senna op te pikken. De Braziliaan was namelijk gestrand met een lege tank.
1.5 - 3 miljoen
Mansell kreeg de auto cadeau aan het einde van 1991 en bewaarde hem in zijn privemuseum op het Britse eilandje Jersey, voor de kust van Noord Frankrijk. Meer dan dertig jaar later doet ol' Nige de Williams echter van de hand.
De FW14 moet tussen de 1.5 en 3 miljoen euro op gaan brengen. Daar zit de 730 pk sterke Renault RS3C 3,5 liter V10 overigens niet bij. Deze heeft Mansell helaas moeten inleveren bij de Fransen. Voor een relatief schijntje kun je er echter wel een Judd V10 in laten schroeven.
640
De Williams FW14 is niet de enige legendarische F1-machine die Mansell naar Monaco stuurt. Het tweede kopstuk van de collectie is een Ferrari F1-89 uit 1989, beter bekend als de 640. De auto was de eerste in de geschiedenis van de sport met een semi-automatische versnellingsbak.
Dankzij een 670 pk 3,5 liter V12 en een effectief aerodynamisch pakket was de Ferrari razendsnel, maar de experimentele versnellingsbak bleek een zwak punt, net als twee jaar later bij de Williams. Ondanks dat won Nigel er twee races mee, inclusief de debuutrace op het Braziliaanse Jacarepagua. De Scuderia was zo blij met zijn prestaties dat hij de auto mocht houden.
De 640 is nog in volledig originele en complete staat en heeft niet gelopen sinds de Grand Prix van Australië van 1989. De verwachte opbrengst ligt tussen de 2,5 en 5 miljoen euro.
Grand Prix Masters
Zijn de klassieke F1-racers iets te hoog gegrepen, dan kun je altijd nog een gooi doen naar de Reynard 2KI Champ Car. De wagen is voorzien van een 3,5 liter Cosworth XB V8 met 650 pk en werd gebruikt als het standaard chassis voor de Grand Prix Masters-serie. In deze klasse namen voormalig F1-sterren het tegen elkaar op in gelijkwaardig materiaal om te kijken wie er echt het snelste was.
Het Grand Prix Masters-veld bestond uit Nigel Mansell, Emerson Fittipaldi, Christian Danner, Riccardo Patrese, Alan Jones, Hans-Joachim Stuck, Andrea de Cesaris, Eddie Cheever, René Arnoux, Derek Warwick, Patrick Tambay, Stefan Johansson, Jacques Laffite, Eliseo Salazar en onze eigen Jan Lammers.
Mansell won de on-off race in 2005, maar Eddie Cheever bleek de sterkste te zijn na de twee races van 2006. Drie verdere races en het seizoen van 2007 werden afgelast.
De GPM Reynard is vergeleken met de F1-machines uiteraard een koopje: voor slechts €100,000-€150,000 heb je al een volledig functionele Champ Car op de oprit staan.
- Formula 1, RM Sotheby's