Vijf verschrikkelijke uitgevoerde facelifts

1 | Ferrari 512 TR / F 512M (1994)

We vallen maar meteen met de deur in huis met een van de meest beruchte voorbeelden van een beroerde facelift. In 1994 besloot Ferrari dat het tijd was om het twaalfcilinder vlaggenschip weer eens een opfrisbeurt te geven. De 512 TR begon zijn leven in 1991 immers als een update van de fameuze Testarossa, die op zijn beurt al in 1984 het levenslicht zag.

Bij de eerste facelift bleven de lijnen van de Testarossa grotendeels behouden. Voor de mid-90s moest het allemaal echter wat radicaler. De Ferrari werd ontdaan van zijn klapkoplampen en voorzien van een grotere grille. Bovendien werden de vierkante achterlichten vervangen door knullig in het ontwerp geplakte ronde exemplaren. Het geheel gaf de auto een onbeholpen kitcar-uiterlijk. Ironisch, aangezien de Testarossa juist een voorbeeld is voor zulke knutselprojecten.

De designmisser vertaalde zich naar sterk tegenvallende verkoopcijfers. De F 512M was drie jaar in productie, maar werd slechts 501 keer op kenteken gezet. Ter vergelijking: in vier jaar verkocht Ferrari maar liefst 2.261 exemplaren van de 512 TR. In 1996 werd de F 512M gelukkig vervangen door de beeldschoon gelijnde 550 Maranello. Door z'n lage productieaantallen is de onooglijke auto tegenwoordig echter een verzamelobject geworden.

2 | Ford Mustang (1970)

Het recept van de Ford Mustang is relatief moeilijk te verknallen. Een lange neus, korte kont en een krachtige, breedgeschouderde uitstraling is immers alles wat je nodig hebt. Toch wist Ford het in 1970 toch verkeerd te doen. Het merk was namelijk geschrokken van de - naar Mustang-begrippen - tegenvallende cijfers voor de agressief gelijnde '69.

In een poging het conservatieve koperspubliek aan te spreken werd de Mustang doelbewust softer gemaakt. Die filosofie liep uit op een rondere, anoniemer ogende neus met een grote gapende grille. De buitenste koplampen werden vervangen door faux luchtinlaten, een lekker goedkope oplossing. Het resultaat wekte de indruk dat de Mustang van 1969 in zijn ogen gestoken was.

De kopers waar Ford op jaagde bleven uiteindelijk weg. Sterker nog: van het 1970-model werden slechts 191.239 exemplaren verkocht. In 1969 waren dat er nog 299.824. De facelift was op z'n zachtst gezegd geen succes. Het jaar erop werd de Mustang opnieuw volledig herzien met een veel grotere, meer hoekige body op hetzelfde chassis.

3 | Hyundai Coupé (1999)

In de jaren '90 was Hyundai nog druk aan het bouwen aan een eigen gezicht en beter imago. Verschrikkingen zoals de Pony (gemaakt van afgedankte Mitsubishi-onderdelen) zaten immers nog vers in het geheugen. De eerste sportieve aspiraties kwam in 1990 met de apart genaamde Scoupe. Zes jaar later werd die fout hersteld met de eerste generatie Coupé, ook bekend als de Tiburon.

In tegenstelling tot zijn hoekige voorgangen was de Coupé met zijn wulpse rondingen een perfect ontwerp voor de nineties. In 1999 vond Hyundai het echter tijd voor iets anders. Iets veel lelijkers. Zowel de neus als de staart werden namelijk grondig verpest. Het front met zes losse lampen gaf de auto de uitstraling van een smerig insect, en deed denken aan een goedkope, te late kopie van de derde generatie Toyota Celica.

Met de tweede generatie Coupé/Tiburon van 2001 maakte het Zuid-Koreaanse merk gelukkig een onverwachte comeback.

4 | Skoda Octavia (2017)

Bijna vijftig jaar nadat Ford een mes in de ogen van de Mustang stak, nam Skoda die tactiek vrolijk over. De populaire Octavia deed je hart wellicht niet meteen sneller kloppen, maar de auto had wel een nette, volwassen uitstraling. Het was een auto zonder poespas, precies zoals Skoda het graag heeft.

In 2017 trok het Tsjechische merk echter het mes en werd de arme Octavia hopeloos verminkt. De koplampen werden op een vreemde plek gespleten, en de binnenste delen werden tegen de grille geplaatst. Het rommelige uiterlijk was totaal geen verbetering.

5 | Chevrolet Camaro (2019)

De vijfde generatie van de Chevrolet Camaro is een van de meest geslaagde ontwerpen uit de retro-periode. De op het model uit 1969 geïnspireerde concept car uit 2006 werd in 2010 (gelukkig) zonder grote wijzigingen in productie genomen.

Die grote wijzigingen waren echter onvermijdelijk. In 2016 verscheen de zesde generatie met vrijwel dezelfde lijnen, maar een nieuw platform. Voor modeljaar 2019 werd het model opnieuw opgefrist, met alle gevolgen van dien.

De facelift wekte de indruk dat iemand het gezicht van de Camaro eraf gepeld had. De scheermes grille, zwarte balk en de vele hoeken en scherpe lijnen vielen bij het koperspubliek niet bepaald in de smaak. De reacties waren zelfs zo negatief dat Chevrolet uit paniek meteen terugging naar de tekentafel. Een jaar later was de fout hersteld met een derde facelift.