De Formule 1 is dit jaar spannender dan het in lange tijd is geweest. Zeven verschillende winnaars verspreid over vier verschillende teams zorgen ervoor dat de marges erg krap zijn in het klassement. En dat is natuurlijk ook geweldig nieuws voor de motorleveranciers, die allemaal mee kunnen doen in de voorhoede.
Of tenminste, bijna allemaal. Want van de vier leveranciers dit jaar is er één die niet mee kan dingen naar de winst. De Renault-motor, die alleen gebruikt wordt door Alpine, heeft op dit moment maar elf punten. Dat punt is de leiding binnen Alpine en Renault ook niet ontgaan. In de Beyond the Grid-podcast vertelt Alpine-teambaas Bruno Famin, die vanaf komende maand de leiding neemt over het motorprogramma, dat er veel te verbeteren is. En dat wordt lastig, want in 2021 werd afgesproken om ontwikkeling aan de motoren stop te zetten in afwachting van de nieuwe generatie in 2026.
“Op dit moment mist de motor 20 pk, volgens de cijfers van de FIA”, vertelt Famin. “Renault miste de boot volledig. De krachtbron zit gemiddeld twee tienden van de rondetijd af. Gemiddeld, want dat hangt natuurlijk van het circuit af.”
Het is dan ook geen verrassing dat Alpine binnenkort afstapt van de eigen motor. Renault heeft zich al teruggetrokken uit het project van 2026. Zeer waarschijnlijk gaat Alpine vanaf dat jaar motoren van Mercedes gebruiken.
“Ons businessmodel is een beetje apart”, vertelt Famin daarover. “Het prijzengeld is namelijk alleen voor de teams. Maar de FIA heeft ook financiële en sportieve verplichtingen voor motorfabrikanten. Als je ziet hoeveel de ontwikkeling van zo’n krachtbron kost ten opzichte van het kopen van zo’n krachtbron, dan is er een enorm verschil. Dat kun je met een enkel prijzengeld compenseren, want al dat geld gaat naar het team en niet de fabrikant. Dat is gewoon een enorm verschil in geld.”