In 2020 gaan de totale opbrengst van gemeentelijke parkeerbelastingen voor het eerst door de grens van €1 miljard. Volgens het CBS is dat bijna tien procent (9,6%) meer dan vorig jaar. Grote boosdoeners daarbij zijn de drie grote steden Amsterdam, Rotterdam en Den Haag.
Vooral de autohatende hoofdstad gaat flink cashen met auto's. In Amsterdam willen ze €39 miljoen meer uit u persen voor het gebruik van een paar meter om boodschapjes te doen. In totaal wil Amsterdam €321 miljoen van de automobilist hebben, dat is bijna een derde van de totale belastinginkomsten van Femke Halsemadorp (vergelijk, in de rest van Nederland is parkeergeld goed voor 10% van de inkomsten).
Rotterdam knijpt dit jaar €13 miljoen meer uit de automobilist, terwijl Den Haag 'slechts' €12 miljoen extra wil vangen. Rotterdam heeft op allerlei plekken de parkeerkosten enorm opgeschroefd om een waterbedeffect te voorkomen. Groenlinks-wethouder Judith Bokhove legt uit: "We willen heel graag dat mensen die in de stad willen zijn, daar naartoe gaan en dan in een parkeergarage gaan staan. Want wie is er nou zo gek om 2,50 euro in een buitenwijk te betalen, terwijl je voor 2 euro in het centrum kan staan?" Nou mevrouw de wethouder zullen wij dat even uitleggen? Dat zijn mensen die in een buitenwijk moeten zijn, bijvoorbeeld?