NASCAR staat bij de meeste autosportliefhebbers in het geheugen gegrift als een brute, ongecompliceerde sport. De hoofdattractie is een krijsende V8 met een ontwerp uit de oudheid die toch tegen de 850 pk weet te produceren. Daaromheen heb je wat dikke stalen buizen met daaraan een starre achteras, een handgeschakelde vierversnellingsbak, 15 inch stalen wielen en flink wat gewicht. Een plastic body met vage verwijzingen naar een straatauto maakt de "stock car" compleet.
Het hele spul wordt vervolgens met snelheden ver boven de 300 kilometer per uur centimeters van elkaar in enorme groepen urenlang linksaf over een oval gestuurd. Nog leuker wordt het als de 1500+ kilo zware giganten een road course zoals Watkins Glen aan moeten doen. Door de antieke ophanging, ruwe versnellingsbak, een totaal gebrek aan verfijnde aerodynamica en een enorme bult vermogen doet het rijgedrag nog het meest denken aan een olifant op rolschaatsen. Flinke crashes zijn de normaalste zaak van de wereld.
NextGen
Zelfs bij NASCAR zijn ze nu eindelijk zat van dat imago. De laatste keer dat de sport "moderniseerde" was in 2012, toen het verbod op injectie van 1957 eindelijk teruggetrokken werd. Met de zevende generatie van de Cup Series stock car wil NASCAR echter weer helemaal bij de tijd komen.
Sinds het verbod op de beroemde vleugelauto's van 1970 heeft het kampioenschap eigenlijk geen vooruitgang meer geboekt. Toevallig is het ongeveer net zo lang geleden dat de serie op een onverharde baan reed, maar dit brengt NASCAR juist weer terug.
Australische Supercars
Voor het ontwerp van de 'NextGen'-wagen heeft NASCAR goed gekeken naar het format van het Australische Supercars kampioenschap. Die serie maakt op dit moment gebruik van vergelijkbare motoren en chassis, maar rijdt niet op ovals. NASCAR heeft met de NextGen geprobeerd dezelfde formule toe te passen zodat de stock cars ook beter rechtsaf kunnen slaan.
Dit betekent volledig onafhankelijke achterwielophanging, een sequentiële zesversnellingsbak, 18 inch lichtmetalen wielen en veel grotere remmen. Op sommige punten gaat de auto zelfs verder dan een Supercar. In plaats van het ouderwetse buizenchassis krijgt de NextGen een carbon fiber monocoque, zoals dat bijvoorbeeld gebruikt wordt in de LMP2-klasse. Het minimumgewicht is desondanks nog steeds flink: 1451 kilo.
Op aerodynamisch gebied zijn ook flinke stappen gemaakt: er wordt er voor het eerst gebruikt gemaakt van een diffuser om meer downforce op te wekken. Daarnaast zullen voor verschillende types banen verschillende aero-pakketten worden geïntroduceerd, die worden aangepast op nieuwe body's die meer moeten gaan lijken op productie-auto's.
Zelfs de pitcrew krijgt het makkelijker: met de nieuwe wielen hoeft er maar een wielbout per wiel gewisseld te worden in plaats van vijf, en NASCAR gaat eindelijk over naar een modern tanksysteem. Hierdoor hoeft de pitcrew niet langer een enorm vat over de muur te tillen.
Flinke verbetering
Tests op de Charlotte Motor Speedway wezen uit wat iedereen al verwacht had: de NextGen is veel beter geschikt voor road courses dan zijn oudere broers. De elementen geleend van Supercars maakten dat de auto sneller kon optrekken, veel later kon remmen en veel meer snelheid de bochten in kon nemen. De twee gebruikte prototypes gebruikten de 5,8 liter V8 van Chevrolet en Ford, ingesteld op vermogens tussen de 550 en 750 pk. Met de nieuwe dubbele uitlaat (een aan elke kant) gaven de prototypes een ander, dieper geluid.
NASCAR Cup Series kampioen van 2004 Kurt Busch was onder de indruk: "With the sequential gearbox, that’s the most fun. I love shifting through the gears. Sequentially, you have to go second, third, fourth, fifth, and then you have to go back fourth, third, second. It’s not your typical H-pattern that we’ve had. So, this gearbox is fun to drive. The brakes are much bigger, and the car can stop a lot quicker. [It was] fun, exciting and different."
Linksaf gaat minder
In hun poging om de stock car moderner te maken en beter te laten werken op een circuit heeft NASCAR zichzelf flink in de vingers gesneden. De test met Kurt Busch en 2017 Cup Series kampioen Martin Truex Jr. op de middelgrote oval van Charlotte liet zien dat de nieuwe auto zich totaal niet thuisvoelt op de banking. Ironisch, gezien het feit dat in 2019 34 van de 36 races in de Cup Series op een oval verreden werden.
De nieuwe onderdelen die de coureurs meer precisie en controle gaven op de road course lijken op ovals een averechts effect te hebben. De auto's zijn nerveus en moeilijk te rijden. Er is dus nog een hoop werk aan de winkel om de moderne stock car de oude kunstjes te leren, zo stelt NASCAR Senior Vice President of Racing Innovation John Probst: "Feedback (Wednesday) frankly wasn’t as good as it was on the road course. We collected a significant amount of data from the last three days that we’ll start going through (Thursday) morning at the R&D Center. We’ll figure out what modifications we need to make. We’ll enlist the help of our OEMs and teams to help us make the right decisions here as we finalize the design of this car in the next few months."
2022
Dankzij de perikelen rondom het coronavirus is het debuut van de NextGen-wagen uitgesteld tot de Daytona 500 van 2022. NASCAR heeft dus nog meer dan een jaar om de Australische componenten Amerikaanse 'manieren' te leren. Wij zijn in ieder geval benieuwd.
- NASCAR