Vanmiddag zal de FIA een herziene DRS-zone gaan testen op Zandvoort. De krappe baan in de duinen kan immers wel wat inhaalmogelijkheden gebruiken. Door de DRS-lijn te verplaatsen tot vóór de razensnelle Arie Luyendykbocht hoopt de organisatie de coureurs een betere kans te geven om te passeren op het rechte stuk.
Het openklappen van de brievenbus midden in de spectaculaire kombocht is echter niet zonder risico. Zo waarschuwde Pirelli al voor mogelijke extra slijtage aan de achterbanden. Het risico op Indianapolis-achtige taferelen is bovendien altijd aanwezig door de plotseling verminderde downforce.
Iemand anders
De Italiaanse bandenboer is niet de enige met de nodige zorgen. McLaren's Daniel Ricciardo is er namelijk niet gerust op dat de nieuwe DRS-zone zal doen wat de FIA belooft. De goedlachse Australiër zei tegenover RaceFans geen zin te hebben om het als eerste te proberen:
"Ik ga iemand anders het eerst laten proberen. Op een bepaalde manier hoop ik dat het makkelijk is want dat betekent dat het bruikbaar is, en dan zullen we natuurlijk meer [snelheid] winnen. Dus ik hoop dat het helemaal prima is. Maar totdat we het doen, weten we het niet. Ik hoop dat het prima is voor het racen."
Het helpt altijd
Red Bull's Sergio Perez was iets positiever. De Mexicaan wijst erop dat de auto's van dit jaar veel minder downforce verliezen in verkeer dan vorig jaar, waardoor het al een stuk makkelijker geworden is. De riskante langere DRS-zone is dus misschien helemaal niet nodig:
"Het gaat zeker interessant zijn om daar voor de eerste keer door te gaan. Deze auto's, ze verliezen minder downforce als je [iemand] volgt. Het racen was moeilijk vorig jaar dus misschien is dat iets dat dit jaar kan helpen."
- Red Bull Content Pool, McLaren Racing