Sinds de introductie van het bijzonder verwarrende Sprint-Qualifying concept heeft de Formule 1 het format van raceweekenden maar niet met rust kunnen laten. Het idee begon met een kwalificatie, 'sprint-kwalificatie' en een Grand Prix, waarbij de winnaar van de Sprint de pole position aangemeten kreeg.
Inmiddels zijn er na een flinke reeks wijzigen twee verschillende kwalificatiesessies en twee races, waardoor het weekend in feite in twee etappes verreden wordt. Met een vrije training + Grand Prix-kwalificatie op de vrijdag, Sprint Shootout-kwalificatie en Sprint race op de zaterdag en de Grand Prix op de zondag heeft de F1 eindelijk het gedroomde doel bereikt. Nu is er voor elke dag van het raceweekend immers (in theorie) een reden om te kijken.
Niet tevreden
Volgens Motorsport.com zijn Formula One Management en Liberty Media echter nog altijd niet tevreden met het Sprint-concept. Het format krijgt immers voornamelijk kritiek als een loze opvulling van het weekend.
Bovendien laat de Sprint vaak zien hoe het er bij de Grand Prix aan toe zal gaan, waardoor de korte race een soort spoiler is voor het hoofdevenement. Met een paar drastische stappen moet dat imago in recordtempo weggepoetst gaan worden. We zetten ze even voor je op een rijtje.
1. Sprint Kampioenschap
De Sprint begon als een schakel tussen de kwalificatie en de Grand Prix, maar staat inmiddels op zichzelf. Toch tellen de punten mee voor het reguliere kampioenschap. Hierdoor won Max Verstappen zijn derde titel al op de zaterdag in Qatar. Om dit soort situaties te voorkomen moeten de Sprints onder een eigen kampioenschap geschaard gaan worden.
Naast een Grand Prix-wereldkampioen komt er dus ook een Sprint-wereldkampioen. Het is niet duidelijk of dat ook zal gelden voor de constructeurs. De laatste keer dat er twee kampioenschappen toegekend werden was in 1987, toen de non-turbo teams en coureurs streden voor de Colin Chapman Trophy en de Jim Clark Trophy.
De kampioenschappen binnen kampioenschappen werden destijds gewonnen door Dr. Jonathan Palmer en Tyrrell.
2. Sprint-prijzengeld
In een poging de motivatie van de coureurs en teams op te krikken moet er een prijzenpot gaan komen voor het Sprintkampioenschap. Het bedrag zou op ongeveer 1 miljoen dollar aankomen.
De Formule 1 staat zelf echter liever niet garant voor het bedrag, waardoor er op zoek gegaan moet worden naar een titelsponsor. Bereid je dus maar alvast voor op het Subway Sandwich Sprint Championship supported by Ikea.
3. Reverse grids
Losse kampioenschappen en dikke prijzenpotten hebben weinig zin als de racerij niet interessant is. De sprints draaien immers maar al te vaak uit op een saaie optochten. Zelfs in de verkorte races moeten er namelijk banden gespaard worden.
De F1 wil na drie seizoenen eindelijk de spanning erin gaan brengen door opnieuw het idee voor reverse grids naar voren te schuiven. Bij eerdere stemmingen sneuvelde dat plan echter keer op keer.
Hoe de reverse grid precies bepaald zal moeten worden is nog niet duidelijk. De F1 kan ervoor kiezen om alleen de top 10, of de hele grid om te gooien. Dat kan op basis van een omgekeerde kampioenschapsvolgorde, of een niet nader genoemd kwalificatieformat.
Kans van slagen
Of de wilde plannen ook een kans van slagen hebben valt nog te bezien. Met name het idee voor reverse grids kan op de nodige tegenstand rekenen van coureurs, teambazen en fans.
De andere twee voorstellen zouden echter zomaar realiteit kunnen worden. Een Sprintkampioenschap is immers een logische evolutie van de Sprint Shootout. Het zou ons niets verbazen als we in 2024 of 2025 twee (of vier?!) kampioenen zullen kronen.
- Red Bull Content Pool, NL Beeld / Action Press