Het rommelt binnen de Europese Unie. Jarenlang leken de neuzen dezelfde kant op te staan rond de geplande reductie van de CO2, fijnstof en stikstofuitstoot. Het magische jaar 2030 werd bij veel van deze plannen aangehouden als doel, maar nu het steeds dichterbij komt beginnen meer en mee lidstaten het te heet onder de voeten te krijgen.
Na een eerdere opstand geleid door Duitsland tegen het verbod op verbrandingsmotoren in 2035 is er een nieuw front ontstaan. Dit keer is het doelwit de aankomende Euro 7-emissinorm, die in 2025 in zou moeten gaan.
Nieuwe coalitie
Opnieuw zijn er acht landen opgestaan om de Euro 7-norm in twijfel te trekken. Usual suspects Italië, Hongarije, Polen, Bulgarije, Slowakije, Tsjechië en Roemenië hebben zich wederom in de strijd geworpen, maar hebben gezelschap gekregen van een nieuwe bondgenoot. Opvallend genoeg is het dit keer namelijk niet Duitsland, maar Frankrijk dat zichzelf opgesteld heeft als aanvoerder van de groep.
Alles schrappen
In een open brief aan de EU pleit de anti-E7 coalitie voor het compleet herzien van de regelgeving rond uitstoot. Volgens de landen moeten de hoofdpunten van de Euro 7-norm zelfsc compleet geschrapt worden.
Volgens Reuters bevat de brief onder andere de daadkrachtige zin: "Wij zijn tegen alle nieuwe regels rond uitlaatgasemissies (inclusief nieuwe testregimenten of nieuwe uitstootlimieten) voor auto's en busjes".
Kwestie van tijd
Het nieuwe verzet tegen Euro 7 is een flinke klap voor de milieuplannen van Brussel. De acht landen hebben samen immers meer dan genoeg stemmen om de invoering van de norm te blokkeren.
Gezien het succes dat de groep onder leiding van Duitsland had bij het verbod op verbrandingsmotoren is er dus een sterke kans dat E7 van tafel geveegd zal worden. Het lijkt immers een kwestie van tijd voordat de oosterburen zich bij de rebellerende landen zal voegen. Wordt ongetwijfeld vervolgd.